Expects that the identification of the Guidelines on Human Rights Defenders as a priority element of the European Union's human rights foreign policy will be matched by the effective implementation of those Guidelines in local strategies concerning 120 countries; points out that the lack of European Union demarches on behalf of human rights defenders in certain countries, such as in China, Tunisia, Ethiopia, Iran and Russia, appears to reflect a lack of consensus among EU Member States, with individual Member States prioritising different foreign policy interests and thus making collective action impossible;
verwacht dat het aanwijzen van deze richtsnoeren als een prioritair onderdeel van het extern mensenrechtenbeleid van de Europese Unie, gevolgd zal worden door een effectieve omzetting ervan in lokale strategieën voor 120 landen; merkt op dat het gebrek aan EU-demarches ten behoeve van mensenrechtenverdedigers in bepaalde landen, zoals China, Tunesië, Ethiopië, Iran en Rusland, een weerspiegeling lijkt van een gebrek aan consensus onder de lidstaten, doordat elke lidstaat andere prioriteiten stelt voor zijn buitenlands beleid en het zodoende onmogelijk is om gezamenlijk op treden;