– having regard to Article 3(3), fourth subparagraph, of the Draft Treaty establishing a Const
itution for Europe, affirming that the Union shall respect its rich cultural and linguistic diversity, and shall ensure that Europe's cultural heritage is safeguarded and enhanced; to Article II-22, affirming that the Union shall respect cultural, religious and linguistic diversity; to Article III-181(1), reaffirming that the Union shall contribute to the flowering of the cultures of the Members States, while respecting their national and regional diversity and at the same time bringing the common cultural heritage to the fore, and paragraph 4
...[+++], reaffirming that the Union shall take cultural aspects into account in its action under other provisions of the Constitution, in particular in order to respect and to promote the diversity of its cultures; to Article III-182(1), reaffirming that it shall fully respect the cultural and linguistic diversity of the educational systems of the Member States; to Article III-217(4), affirming the unanimity rule in the Council when negotiating and concluding agreements in the field of trade in cultural and audiovisual services, where these risk prejudicing the Union's cultural and linguistic diversity,– gelet op artikel 3, lid 3 alinea 4 van het Ontwerp-verdrag tot vaststelling van een grondwet voor E
uropa, waarin staat dat de Unie de rijke verscheidenheid van cultuur en taal eerbiedigt en toeziet op de instandhouding en de ontwikkeling van het Europees cultureel erfgoed; artikel II-22 waarin staat dat de Unie de culturele, godsdienstige en taalkundige verscheidenheid eerbiedigt; artikel III-181, lid 1, waarin staat dat de Unie bijdraagt aan het bloeien van de culturen van de lidstaten en tegelijkertijd hun nationale en regionale verscheidenheid eerbiedigt en het gemeenschappelijk cultureel erfgoed op de voorgrond plaatst, en lid 4,
...[+++] waarin staat dat de Unie rekening houdt met de culturele aspecten bij haar optreden uit hoofde van andere bepalingen van de grondwet, in het bijzonder ter eerbiediging en bevordering van de verscheidenheid van culturen; artikel III-182, lid 1, waarin staat dat zij de culturele en taalkundige verscheidenheid volledig eerbiedigt van de onderwijsstelsels van de lidstaten; artikel III-217, lid 4, waarin staat dat in de Raad unanieme besluitvorming nodig is bij onderhandelingen en het afsluiten van overeenkomsten op het gebied van handel in culturele en audiovisuele diensten, wanneer deze schade dreigen toe te brengen aan de culturele en taalkundige verscheidenheid van de Unie,