Since agriculture is less than 5% of world trade in goods and services, it is obvious that the biggest gains of this round lay elsewhere, not only for the European Union but in particular for developing countries, which would benefit immensely from expanding their trade with each other where the bulk of that trade takes place, which is in industrial goods, not agriculture.
Aangezien de landbouw minder dan 5 procent uitmaakt van de wereldhandel in goederen en diensten, ligt het voor de hand dat de grootste winst van deze ronde elders ligt, niet alleen voor de Europee Unie, maar vooral ook voor ontwikkelingslanden, die enorm zouden profiteren van het uitbreiden van hun handel met elkaar daar waar het grootste deel van deze handel plaatsvindt, namelijk op het vlak van industriële producten, niet op dat van de landbouw.