In the case of cheese and all other milk products, Member States shall determine equivalences using, in particular, the dry-matter content and the fat content of the types of cheese or products concerned.
Voor kaas en alle andere zuivelproducten bepalen de lidstaten de equivalenties, daarbij in het bijzonder rekening houdend met het drogestofgehalte en het vetgehalte van de betrokken soorten kaas of andere producten.