The directive applies to narrow-track tractors, i.e. tractors with a minimum track width of less than 1 150 mm, an unladen weight of between 600 and 3 000 kg and ground clearance of not more than 600 mm beneath the lowest points of the front and rear axles, allowing for the differential.
De Richtlijn geldt voor smalspoortrekkers, d.w.z. trekkers met een minimale spoorbreedte van minder dan 1 150 mm, een leeggewicht tussen 600 en 3 000 kg en een vrije hoogte van niet meer dan 600 mm onder het laagste punt van de voor- en achteras, rekening houdend met het differentieel.