1. Operations selected for operational programmes aimed at developing cross-border activities as referred to in Article 6(1) and at establishing and developing transnational cooperation as referred to in Article 6(2) shall include beneficiaries from at least two countries, of which at least one shall be a Member State, which shall cooperate in at least two of the following ways for each operation: joint development, joint implementation, joint staffing and joint financing.
1. Bij concrete acties die zij
n geselecteerd voor operationele programma's welke zijn gericht op de ontwikkeling van grensoverschrijdende activiteiten zoals bedoeld in artikel 6, punt 1, en voor operationele
programma's welke zijn gericht op de totstandbrenging en ontwikkeling van transnationale samenwerking zoals bedoeld in artikel 6, punt 2, moeten begunstigden uit ten minste twee landen, waaronder ten minste één lidstaat, zijn betrokken, die voor elke concrete actie op ten minste twee van de volgende manieren samenwerken: gezamenlijke ontwikkeling, gezamenlijke tenuitvoerlegging, gezamenlijk g
...[+++]ebruik van personeel en gezamenlijke financiering.