La désorientation peut être la conséquence d’un trouble d’ordre physique (ex: contention), psychique (ex: démence) ou encore chimique (ex: effet iatrogène de certaines molécules médicamenteuses ou troubles électrolytiques).
Desoriëntatie kan het gevolg zijn van een fysisch (bv. inspanning), psychisch (dementie) of chemisch probleem (iatrogeen effect van medicatie of elektrolytenstoornissen). ‘Desoriëntatie’ is slechts één dimensie van een breder construct, namelijk ‘verwarring’. Verwarring omvat begrippen zoals desoriëntatie, delirium, hallucinaties,...