En cas de diminution du risque, on parle de réduction du risque absolu (ARR “absolute risk reduction”) ; en cas d'augmentation, on parle d'augmentation du risque absolu (ARI “absolute risk increase”).
Bij afname van het risico noemt men dit risicoverschil absolute risicoreductie (ARR “absolute risk reduction”), bij toename absolute risicotoename (ARI “absolute risk increase”).