En effet, certaines « activités non professionnelles » doivent le cas échéant apparaître dans l’application ACII et l’auditeur ne pourra pas conclure favorablement son audit pour les activités qui sont soumises à l’audit avant que ces « activités non-professionnelles » apparaissent dans ACII. Si c’est pertinent, l’auditeur doit également contrôler que les animaux sont correctement identifiés (présence de marques auriculaires, présence des documents d’identification).
Inderdaad moeten bepaalde “niet beroepsmatig beoefende activiteiten” waar nodig ook in de ACII-applicatie opgenomen zijn en de auditor kan zijn audit voor de activiteiten die wel een audit moeten ondergaan niet met een gunstig resultaat afsluiten als deze “niet beroepsmatig beoefende activiteiten” niet in ACII zitten. Voorzover relevant, dient de auditor ook te controleren of de dieren correct geïdentificeerd worden (aanwezigheid van oormerken, aanwezigheid van de documenten van identificatie).