En cas d’insuffisance rénale, la posologie devra être réduite de moitié chez les patients dont la clairance de la créatinine (CLCR) est comprise entre 30 et 60 ml/min et au tiers chez les patients dont la CLCR se situe entre 10 et 30 ml/min.
Bij nierinsufficiëntie moet de dosering met de helft worden verlaagd bij patiënten met een creatinineklaring (CRCL) tussen 30-60 ml/min en tot een derde bij patiënten met een CRCL tussen 10-30 ml/min.