Traduction de «concentration cerveau plasma était » (Français → Néerlandais) :

Le quotient de concentration cerveau/plasma était de 1 environ.
De hersen-plasma ratio is ongeveer.

La concentration d’anidulafungine dans le cerveau était faible chez les rats adultes et les rats nouveaunés non infectés après administration d’une dose unique (le ratio concentration cerveau/plasma est d'environ 0,2). Cependant, les concentrations dans le cerveau ont augmenté chez les rats nouveau-nés non infectés après administration quotidienne d'une dose pendant cinq jours (le ratio concentration cerveau/plasma est d'environ 0,7).
Bij ongeïnfecteerde volwassen en pasgeboren ratten, was de concentratie anidulafungin in de hersenen na een enkele dosis laag (hersenen-plasmaverhouding ongeveer 0,2), hoewel de concentraties in de hersenen van ongeïnfecteerde pasgeboren ratten na vijf dagelijkse doseringen toenamen (hersenenplasmaverhouding ongeveer 0,7).

Pénétration dans le tissu prostatique Après l’administration d’une dose orale de 500 mg de lévofloxacine une fois par jour pendant trois jours, les concentrations moyennes dans le tissu prostatique étaient de respectivement 8,7 µg/g, 8,2 µg/g et 2,0 µg/g après 2 heures, 6 heures et 24 heures ; le rapport des concentrations moyennes prostate/plasma était de 1,84.
Penetratie in prostaatweefsel Na orale toediening van 500mg levofloxacine eenmaal per dag gedurende 3 dagen, bedroegen de gemiddelde concentraties in prostaatweefsel 8,7 µg/g, 8,2 µg/g en 2,0 µg/g respectievelijk na 2 uur, 6 uur en 24 uur; de gemiddelde prostaat/plasma concentratie ratio bedroeg 1,84.

Les concentrations plasmatiques de rispéridone étaient normales chez les patients souffrant d’insuffisance hépatique, mais la fraction libre moyenne de rispéridone dans le plasma était augmentée d’environ 35 %.
De plasmaconcentraties van risperidon waren normaal bij patiënten met leverinsufficiëntie, maar de gemiddelde vrije fractie van risperidon in het plasma steeg met ongeveer 35%.

Dans une petite étude conduite chez des sujets porteurs d'une dérivation ventriculo-péritonéale sans inflammation méningée, la concentration de linézolide dans le liquide céphalorachidien par rapport au plasma était, à la C max , de 0,7:1,0 après administration de doses répétées de linézolide.
In een kleine studie bij patiënten met ventriculair-peritoneale shunts en niet-ontstoken meninges, was de verhouding van linezolid in cerebrospinaal vocht ten opzichte van plasma bij C max na meervoudige linezoliddoses 0,7:1,0.

Distribution : La demi-vie plasmatique terminale moyenne était de 1,1 heure, la clearance corporelle totale moyenne était de 27,1 ml/min/kg et le volume apparent de distribution était de 1,6 l/kg. Chez l’adulte, le rapport moyen des concentrations du liquide céphalorachidien/plasma est d’environ 0,5, 2 à 4 heures après l’administration.
Bij volwassenen bleek de gemiddelde concentratieverhouding zidovudine in cerebrospinaal vocht/plasma 2 tot 4 uur na dosering ongeveer 0,5.

Le rapport des concentrations in vitro sang-plasma dans le sang humain varie entre 0,90 et 0,99, indiquant que le cabazitaxel était distribué de façon égale entre le sang et le plasma.
De in vitro verhoudingen bloed/plasma in humaan bloed varieerden van 0,90 tot 0,99 wat erop wijst dat cabazitaxel gelijk verdeeld was tussen bloed en plasma.

Le rapport lait/plasma des concentrations d’imatinib mesuré chez une patiente était de 0,5 et celui du métabolite était de 0,9, suggérant une distribution plus élevée du métabolite dans le lait.
De melk-plasma ratio is onderzocht bij een enkele patiënt en werd bepaald op 0,5 voor imatinib en 0,9 voor de metaboliet, hetgeen een grotere distributie van de metaboliet in melk suggereert.

Des études in vivo ont montré que la tylvalosine était présente à des concentrations plus élevées dans les muqueuses des tissus respiratoires et intestinaux que dans le plasma.
In vivo-onderzoeken hebben aangetoond dat tylvalosine in vergelijking met plasma in hogere concentraties aanwezig is in de slijmvliesbekleding van de ademhalings- en darmweefsels.

Des études in-vitro sur la liaison plasma-protéine ont déterminé que la concentration moyenne du médicament libre était de 74 %.
Studies over de in vitro plasma-eiwitbinding bepaalden dat de gemiddelde concentratie van nietgebonden geneesmiddel 74 % was.