Une augmentation de la dose orale conduit à une élévation disproportionnée des taux plasmatiques (les concentrations maximales à l'équilibre cinétique après 30, 45, 60 mg, 2 fois par jour, sont respectivement égales à 13,4, 34 et 58,4 ng/ml et sont multipliées par 5 en cas de doublement de la dose).
Een toename van de orale dosis leidt tot een onevenredige stijging van de plasmaconcentraties (de maximale concentraties bij kinetisch evenwicht na 30, 45, 60 mg, 2 maal per dag, zijn respectievelijk gelijk aan 13,4; 34 en 58,4 ng/ml en wordt vermenigvuldigd met 5 bij verdubbeling van de dosis).