- fréquent : Affections vasculaires : tachycardie, bradycardie (probablement due à une action réflexe résultant de l’augmentation de la pression artérielle), arythmies, palpitations, augmentation de la contractilité du muscle cardiaque provenant de l’effet β�-adrénergique sur le cœur (inotrope+ et chronotrope+), insuffisance cardiaque aiguë.
- vaak: Hart- en vaatstelsel: tachycardie, bradycardie (vermoedelijk als een reflex op de stijgende bloeddruk), aritmieën, palpitaties, verhoogd samentrekkend vermogen van de hartspier als gevolg van het bèta-adrenerge effect op het hart (inotroop+ chronotroop+), acute hartinsufficiëntie.