Les différences constatées au niveau des paramètres pharmacocinétiques chez les patients âgés de 1 à 4 mois peuvent s’expliquer en partie par le pourcentage plus élevé en eau corporelle totale chez les nouveau-nés et les nourrissons, ainsi que par un plus grand volume de distribution des médicaments hydrosolubles comme l’ondansétron.
De verschillen die gevonden werden op farmacokinetisch gebied bij patiëntjes in de leeftijd van 1 tot 4 maanden kunnen gedeeltelijk verklaard worden door een hoger percentage aan totaal lichaamsvocht bij pasgeborenen en zuigelingen, evenals door een groter distributievolume van wateroplosbare geneesmiddelen zoals ondansetron.