Traduction de «faible tension artérielle » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Hypertension (artérielle) (bénigne) (essentielle) (maligne) (primitive) (systémique) Tension artérielle élevée
hoge bloeddruk | hypertensie (arterieel)(benigne)(essentieel)(maligne)(primair)(systemisch)

Constatation d'une baisse non spécifique de la tension artérielle
niet-specifieke meting van verlaagde bloeddruk

Mesure de la tension artérielle
onderzoek van bloeddruk

Constatation d'une élévation de la tension artérielle, sans diagnostic d'hypertension
meting van verhoogde bloeddruk zonder diagnose van hypertensie

tension artérielle basse
lage bloeddruk

Constatation d'une anomalie de la tension artérielle, sans diagnostic
meting van verhoogde of verlaagde bloeddruk zonder diagnose

normotendu | dont la tension artérielle est normale
normotensief | met gewone bloeddruk

hypotension | tension (artérielle) inférieure à la normale
hypotensie | lage bloeddruk

hypertension | tension (artérielle) supérieure à la normale
hypertensie | verhoogde bloeddruk

Bruits (artériels) Frottements | Percussion anormale | Tympanisme | thoracique(s) | Pouls faible Râles
afwijkende percussievan thorax | wrijfgeruisvan thorax | tympanievan thorax | geruis (arterieel) | rhonchi | zwakke pols

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

- faible tension artérielle (hypotension), incluant une hypotension orthostatique (chute de la tension artérielle lors du passage à la station debout) Si votre tension artérielle diminue trop, vous devez vous allonger.
- lage bloeddruk (hypotensie), waaronder bloeddrukdaling door snel opstaan uit een zittende of liggende houding (orthostatische hypotensie) Als uw bloeddruk te sterk daalt, moet u gaan liggen.

Anomalies de la conduction électrique du cœur, chute de la tension artérielle après le passage à la station debout, faible tension artérielle, sensation d’étourdissement après un changement de position du corps, anomalies du tracé de l’activité électrique du cœur (ECG, électrocardiogramme), anomalies du rythme cardiaque, perception des battements du cœur, augmentation ou diminution de la fréquence cardiaque
Abnormale elektrische geleiding van het hart, daling van de bloeddruk na overeind komen, lage bloeddruk, zich duizelig voelen na verandering van houding, afwijkingen op het tracé van de elektrische activiteit van het hart (ecg), abnormaal hartritme, het hart voelen kloppen, snellere of tragere hartslag

- Des précautions spéciales peuvent être nécessaires chez les patients ayant une faible tension artérielle (tension systolique de moins de 100 mmHg).
- Bij patiënten met een lage bloeddruk (systolische bloeddruk van minder dan 100 mmHg) kunnen speciale voorzorgen nodig zijn.

Les patients ayant une faible tension artérielle (hypotension) reçoivent généralement une dose plus faible de 2,5 mg, avec une dose d’entretien de 5 mg et des réductions temporaires à 2,5 mg si cela s’avère nécessaire.
Patiënten met een lage bloeddruk (hypotensie) krijgen gewoonlijk een lagere dosis van 2,5 mg met een onderhoudsdosis van 5 mg met tijdelijke verlagingen tot 2,5 mg indien nodig.

Les patients qui présentent une faible tension artérielle systolique (120 mm Hg ou moins) lors de l'instauration du traitement ou au cours des 3 premiers jours suivant l’infarctus doivent recevoir une plus faible dose, à savoir 2,5 mg par voie orale (voir rubrique 4.4).
Patiënten met een lage systolische bloeddruk (120 mm Hg of minder) dienen bij het begin van de behandeling of tijdens de eerste 3 dagen na het infarct een lagere dosis – 2,5 mg oraal – te krijgen (zie rubriek 4.4).

Les symptômes d’un surdosage incluent une faible tension artérielle (hypotension), un choc circulatoire, des troubles de l’équilibre électrolytique (tels que des taux faibles de potassium, de chlorure et de sodium dans le sang), une déshydratation, une insuffisance rénale, une respiration excessive (hyperventilation), un rythme cardiaque rapide (tachycardie), une perception des battements du cœur (palpitations), un rythme cardiaque plus lent (bradycardie), des étourdissements, une anxiété et une toux.
De verschijnselen van overdosering zijn onder meer lage bloeddruk (hypotensie), circulatoire shock, verstoring van de elektrolytenbalans (zoals lage gehaltes van kalium, chloride en natrium in het bloed), uitdroging, nierfalen, te veel ademen (hyperventilatie), versnelde hartslag (tachycardie), hartkloppingen (palpitaties), vertraagde hartslag (bradycardie), duizeligheid, angst en hoest.

sensation de tête vide lorsqu'on se lève rapidement, faible tension artérielle (hypotension)
lichthoofdigheid bij snel rechtstaan, lage bloeddruk (hypotensie)

rougissement, hypotension (faible tension artérielle), toux, dyspnée (respiration courte), nausée («mal
(kortademigheid), misselijkheid, dyspepsie (maag- en darmproblemen), diarree, huiduitslag, artralgie

Deux de ces trois méta-analyses (celle de Staessen et al. et celle de la Blood Pressure Lowering Treatment Trialists’ Collaboration) renforcent l’hypothèse que les résultats divergents (par ex. mortalité cardiovasculaire) observés entre les groupes randomisés dans ces études s’expliquent par les différences de tension artérielle atteinte, même si ces différences de tension artérielle sont parfois faibles.
Twee van de drie metaanalyses (deze van Staessen et al. en deze van de Blood Pressure Lowering Treatment Trialists’ Collaboration) versterken de hypothese dat de verschillen in uitkomst (b.v. cardiovasculaire mortaliteit) tussen de gerandomiseerde groepen in de studies, te verklaren zijn door verschillen in bereikte bloeddruk, ook al zijn deze verschillen in bloeddruk soms gering.

Enfin, il faut mentionner que dans l’étude ALLHAT, les valeurs de tension artérielle obtenues étaient légèrement plus faibles avec la chlortalidone qu’avec le lisinopril, ce qui peut dès lors avoir pour conséquence un meilleur effet cardio-protecteur de la chlortalidone [voir aussi l’article sur l’étude PROGRESS et l’étude HOPE dans les Folia de novembre 2002 ].
Tenslotte kan worden vermeld dat in de ALLHAT-studie de bereikte bloeddrukwaarden iets lager waren voor chloortalidon dan voor lisinopril, met mogelijk daardoor een beter cardioprotectief effect voor chloortalidon [zie ook Folia van november 2002 in het artikel over de PROGRESS-studie en de HOPE-studie].