Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Accès
Afibrinogénémie congénitale Carence en AC-globuline
Angor stable
Carence en facteur I
Fibrinogène
Hageman
II
Labile
Maturité
Modèle de formation à la surveillance hémodynamique
Non cétosique
Non insulino-dépendant du sujet jeune
Proaccélérine
Prothrombine
Psychose
Psychose paranoïaque psychogène Réaction paranoïaque
Schizophrénie paraphrénique
Schizophréniforme de courte durée
Stabilisant de la fibrine
Stable
Stuart-Prower
Trouble
Type II
V
VII
X
XII
XIII

Vertaling van "hémodynamiquement stable " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE


logiciel d’application Web de modélisation hémodynamique

online applicatiesoftware voor hemodynamische modellering


Définition: La schizophrénie paranoïde se caractérise essentiellement par la présence d'idées délirantes relativement stables, souvent de persécution, habituellement accompagnées d'hallucinations, en particulier auditives, et de perturbations des perceptions. Les perturbations des affects, de la volonté et du langage, de même que les symptômes catatoniques, sont soit absents, soit relativement discrets. | Schizophrénie paraphrénique

Omschrijving: Paranoïde schizofrenie wordt beheerst door betrekkelijk stabiele, dikwijls paranoïde wanen, doorgaans vergezeld van hallucinaties, voornamelijk van de akoestische soort en verstoringen van de waarneming. Stoornissen van affect, wil en spraak en katatone symptomen zijn afwezig of betrekkelijk onopvallend. | Neventerm: | dementia paranoides | parafrene schizofrenie


Définition: Trouble psychotique aigu, caractérisé par la présence de symptômes psychotiques relativement stables, justifiant un diagnostic de schizophrénie, mais persistant moins d'un mois. Les caractéristiques polymorphes instables décrites en F23.0 sont absentes. Quand les symptômes schizophréniques persistent, le diagnostic doit être modifié pour celui de schizophrénie (F20.-). | Accès | Psychose | Trouble | schizophréniforme de courte durée | Onirophrénie Réaction schizophrénique Schizophrénie aiguë (indifférenciée)

Omschrijving: Een acute psychotische stoornis waarin de psychotische symptomen betrekkelijk stabiel zijn en een diagnose van schizofrenie rechtvaardigen, maar minder dan ongeveer één maand hebben voortgeduurd; de veelvormige en instabiele kenmerken, zoals beschreven onder F23.0, zijn afwezig. Als de schizofrene symptomen aanhouden dient de diagnose gewijzigd te worden in schizofrenie (F20.-). | Neventerm: | acute (ongedifferentieerde) schizofrenie | kortdurende schizofreniforme psychose | kortdurende schizofreniforme stoornis | oneirofrenie | schizofrene reactie


Définition: Trouble psychotique aigu, caractérisé par la présence au premier plan du tableau clinique d'idées délirantes ou d'hallucinations relativement stables, mais ne justifiant pas un diagnostic de schizophrénie (F20.-). Quand les idées délirantes persistent, le diagnostic doit être modifié pour celui de trouble délirant persistant (F22.-). | Psychose paranoïaque psychogène Réaction paranoïaque

Omschrijving: Een acute psychotische stoornis waarin betrekkelijk stabiele wanen of hallucinaties de belangrijkste klinische kenmerken zijn, maar zij rechtvaardigen een diagnose van schizofrenie (F20.-) niet. Als de wanen aanhouden dient de diagnose gewijzigd te worden in persisterende waanstoornis (F22.-). | Neventerm: | paranoïde reactie | psychogene paranoïde psychose


Définition: Les troubles schizophréniques se caractérisent habituellement par des distorsions fondamentales et caractéristiques de la pensée et de la perception, ainsi que par des affects inappropriés ou émoussés. La clarté de l'état de conscience et les capacités intellectuelles sont habituellement préservées, bien que certains déficits des fonctions cognitives puissent apparaître au cours de l'évolution. Les phénomènes psychopathologiques les plus importants sont: l'écho de la pensée, les pensées imposées et le vol de la pensée, la divulgation de la pensée, la perception délirante, les idées délirantes de contrôle, d'influence ou de passivité, les hallucinations dans lesquelles des voix parlent ou discutent du sujet à la troisième personn ...[+++]

Omschrijving: De schizofrene stoornissen worden in het algemeen gekarakteriseerd door fundamentele en kenmerkende verstoringen van denken en waarneming en door een inadequaat of vlak affect. Helder bewustzijn en intellectueel vermogen zijn doorgaans behouden, zij het dat bepaalde cognitieve tekortkomingen zich in de loop des tijds kunnen ontwikkelen. De belangrijkste psychopathologische verschijnselen omvatten 'Gedankenlautwerden'; gedachteninbrenging of -onttrekking; gedachtenuitzending; waanwaarneming en wanen omtrent het onder controle van derden staan; macht of passiviteit; gehallucineerde stemmen die de patiënt bekritiseren of over deze praten in de derde persoon; denkstoornissen en negatieve symptomen. | Het beloop van schizofre ...[+++]


diabète (sucré) (avec obésité) (sans obésité) (de):adulte | maturité | non cétosique | non insulino-dépendant du sujet jeune | stable | type II

diabetes (mellitus)(met of zonder obesitas) | adult-onset | diabetes (mellitus)(met of zonder obesitas) | maturity-onset | diabetes (mellitus)(met of zonder obesitas) | NIDDM | diabetes (mellitus)(met of zonder obesitas) | niet-ketotisch | diabetes (mellitus)(met of zonder obesitas) | stabiel | niet-insulineafhankelijke diabetes op jonge leeftijd




Afibrinogénémie congénitale Carence en:AC-globuline | proaccélérine | Carence en facteur:I [fibrinogène] | II [prothrombine] | V [labile] | VII [stable] | X [Stuart-Prower] | XII [Hageman] | XIII [stabilisant de la fibrine] | Disfibrinogénémie (congénitale) Hypoproconvertinémie Maladie de Owren

congenitale afibrinogenemie | deficiëntie van | AC globuline | deficiëntie van | proaccelerine | deficiëntie van factor | I [fibrinogeen] | deficiëntie van factor | II [protrombine] | deficiëntie van factor | V [labiel] | deficiëntie van factor | VII [stabiel] | deficiëntie van factor | X [Stuart-Prower] | deficiëntie van factor | XII [Hageman] | deficiëntie van factor | XIII [fibrinestabiliserend] | dysfibrinogenemie (congenitaal) | hypoproconvertinemie | ziekte van Owren


Définition: Le sujet est incertain quant à son identité sexuelle ou son orientation sexuelle et sa souffrance est responsable d'anxiété ou de dépression. La plupart du temps, cela survient chez des adolescents qui ne sont pas certains de leur orientation, homosexuelle, hétérosexuelle ou bisexuelle, ou chez des sujets qui, après une période d'orientation sexuelle apparemment stable (souvent dans une relation de longue durée) éprouvent un changement dans leur orientation sexuelle.

Omschrijving: De patiënt lijdt onder onzekerheid omtrent zijn of haar genderidentiteit of seksuele oriëntatie, waardoor angst of depressiviteit worden veroorzaakt. Meestal komt dit voor bij adolescenten die niet zeker weten of zij homoseksueel, heteroseksueel of biseksueel zijn of bij personen die na een periode van ogenschijnlijk evenwichtige seksuele oriëntatie (dikwijls in een langdurige relatie), ervaren dat hun seksuele oriëntatie aan het veranderen is.
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Dans une étude randomisée de faible effectif, et conduite de façon contrôlée en double aveugle contre placebo sur une durée de 12 semaines, (Etude STEP), 34 patients initialement traités par bosentan 125 mg deux fois par jour depuis au moins 16 semaines et dont l’état clinique était hémodynamiquement stable avant inclusion, ont bien toléré l’association d’iloprost inhalé (jusqu’à 5 microgrammes 6 à 9 fois par jour durant les heures d’éveil).

In een klein, gerandomiseerd, 12 weken durend, dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek (het STEP-onderzoek) verdroegen 34 patiënten die gedurende ten minste 16 weken tweemaal daags met bosentan 125 mg werden behandeld en een stabiele hemodynamische toestand hadden vóór inclusie, de toevoeging van geïnhaleerde iloprost (overdag, maximaal 5 microgram, 6 tot 9 maal daags).


Dans la fibrillation auriculaire, un ralentissement médicamenteux de la réponse ventriculaire peut être proposé comme traitement de premier choix chez les patients présentant une fonction hémodynamique stable et peu ou pas de symptômes.

Bij voorkamerfibrillatie kan medicamenteuze vertraging van het ventriculair antwoord voorgesteld worden als eerstekeuzebehandeling bij patiënten met stabiele hemodynamische functie die weinig of geen symptomen hebben.


Dose initiale 48 heures après un infarctus du myocarde, chez un patient cliniquement et hémodynamiquement stable, la dose initiale sera de 2,5 mg deux fois par jour durant trois jours.

Startdosis Na 48 uur, volgend op een myocardinfarct bij een klinisch en hemodynamisch stabiele patiënt, is de startdosis 2,5 mg tweemaal daags gedurende drie dagen.


Infarctus du myocarde Traitement à court terme (6 semaines), chez les patients en situation hémodynamique stable de l’infarctus du myocarde en phase aiguë, dès les 24 premières heures.

Acuut myocardinfarct Kortdurende behandeling (6 weken) van hemodynamisch stabiele patiënten binnen 24 uur na een acuut myocardinfarct.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Infarctus du myocarde en phase aiguë Traitement à court terme (6 semaines), chez les patients en situation hémodynamique stable, de l'infarctus du myocarde en phase aiguë, dès les 24 premières heures.

Acuut myocardinfarct Kortdurende behandeling (6 weken) van hemodynamisch stabiele patiënten binnen 24 uur na een acuut myocardinfarct.


Infarctus du myocarde aigu Traitement de courte durée (6 semaines) de patients hémodynamiquement stables dans les 24 heures qui suivent un infarctus du myocarde aigu.

Acuut myocardinfarct Kortdurende behandeling (6 weken) van hemodynamisch stabiele patiënten binnen 24 uur na een acuut myocardinfarct.


Dans une étude randomisée de faible effectif, et conduite de façon contrôlée en double aveugle contre placebo sur une durée de 12 semaines, (Etude STEP), 34 patients initialement traités par bosentan 125 mg deux fois par jour depuis au moins 16 semaines et dont l’état clinique était hémodynamiquement stable avant inclusion, ont bien toléré l’association d’iloprost inhalé (jusqu’à 5 microgrammes 6 à 9 fois par jour durant les heures d’éveil).

In een klein, gerandomiseerd, 12 weken durend, dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek (het STEP-onderzoek) verdroegen 34 patiënten die gedurende ten minste 16 weken tweemaal daags met bosentan 125 mg werden behandeld en een stabiele hemodynamische toestand hadden vóór inclusie, de toevoeging van geïnhaleerde iloprost (overdag, maximaal 5 microgram, 6 tot 9 maal daags).


- Traitement à court terme : Le traitement par le captopril doit être instauré en milieu hospitalier dans les plus brefs délais possibles après l’apparition des signes ou symptômes chez les patients hémodynamiquement stables.

- korte termijn behandeling : de behandeling met captopril moet in het ziekenhuis zo snel mogelijk na het optreden van de tekenen of symptomen worden ingesteld bij patiënten met een stabiele hemodynamiek.


- Traitement chronique: si le traitement par le captopril n’est pas instauré dans les premières 24 heures suivant l’infarctus aigu du myocarde, on suggère d’instaurer le traitement entre le 3 e et le 16 e jour post-infarctus dès que le patient répond aux conditions nécessaires pour le traitement (hémodynamique stable et traitement d’une éventuelle ischémie résiduelle).

- chronische behandeling: indien de behandeling met captopril niet werd ingesteld binnen de eerste 24 uur na het acute myocardinfarct, wordt gesuggereerd de behandeling in te stellen tussen de 3de en de 16de dag na het infarct zodra aan de nodige voorwaarden voor behandeling is voldaan (stabiele hemodynamiek en behandeling van een eventuele residuele ischemie).


En outre, les donneurs âgés sont hémodynamiquement plus stables (Imholz et al., 1990 ; Kuchel et al., 1991) et présentent moins de réactions vasovagales que les plus jeunes (odds ratio ajusté à 0,66 pour les donneurs âgés de plus de 60 ans par rapport aux donneurs âgés de 30 à 39 ans) (Trouern-Trend et al., 1999).

Oudere donoren zijn ook hemodynamisch stabieler (Imholz et al., 1990; Kuchel et al., 1991) en vertonen minder vasovagale reacties dan jongere donoren (odds ratio aangepast tot 0.66 voor donoren van boven de 60 t.o.v. donoren tussen 30 tot 39 jaar) (Trouern-Trend et al., 1999).




datacenter (12): www.wordscope.be (v4.0.br)

hémodynamiquement stable ->

Date index: 2023-08-12
w