La distinction peut être faite entre un trouble cognitif lié à l’âge (oubli bénin lié au vieillissement des cellules cérébrales), les troubles liés aux pathologies mentale (schizophrénie, dépression), les troubles liés à la prise de médicaments (anesthésiants, psychotropes, …) et les pathologies dégénératives responsables de troubles cognitifs évolutifs tel que la démence.
Men kan een onderscheid maken tussen een leeftijdgebonden cognitieve stoornis (goedaardig vergeten door de veroudering van de hersencellen), stoornissen die te wijten zijn aan geestesziekten (schizofrenie, depressie), stoornissen door medicijnengebruik (verdovingsmiddelen, psychotrope middelen, …) en door degeneratieve ziekten die progressieve cognitieve stoornissen zoals dementie veroorzaken.