Traduction de «myélosuppression leucopénie neutropénie » (Français → Néerlandais) :

B. FONCTION MEDULLAIRE La myélosuppression (leucopénie, neutropénie et thrombocytopénie) est dose-dépendante et constitue la toxicité dose-limitante du carboplatine.
B. BEENMERGFUNCTIE De beenmergonderdrukking (leukopenie, neutropenie en trombocytopenie) is dosisafhankelijk en vormt de dosisbeperkende toxiciteit van carboplatine.

Affections hématologiques et du système lymphatique Très fréquent : Myélosuppression* (leucopénie, granulocytopénie et neutropénie, anémie et neutropénie fébrile), Peu fréquent : thrombocytopénie. Fréquence indéterminée : hémorragie et hypoxie tissulaire (résultant de la myélosuppression)
Bloed- en lymfestelselaandoeningen Zeer vaak: Myelosuppressie* (leukopenie, granulocytopenie en neutropenie), anemie en neutropenie met koorts Soms: Trombocytopenie Onbekend: Hemorragie en weefselhypoxie als gevolg van myelosuppressie

Myélosuppression (leucopénie, granulocytopénie et neutropénie, anémie et neutropénie fébrile) Thrombocytopénie
Myelosuppressie (leukopenie, granulocytopenie en neutropenie, anemie en febriele neutropenie) Trombocytopenie Hemorragie en weefselhypoxie als gevolg van myelosuppressie.

Affections hématologiques et du système lymphatique : Très fréquent : myélosuppression (leucopénie, granulopénie, neutropénie, neutropénie fébrile, anémie).
Bloed- en lymfestelselaandoeningen: Zeer vaak: myelosuppressie (leukopenie, granulocytopenie, neutropenie, febriele neutropenie, anemie).

Leucopénie (Neutropénie Grade 3 = 19,3 % ; Grade 4 = 6 %). La myélosuppression est en général légère à modérée et affecte principalement le nombre des granulocytes (voir rubrique 4.2)
Leukopenie (neutropenie graad 3 = 19,3%; graad 4 = 6%) Beenmergdepressie is doorgaans licht tot matig ernstig en heeft voornamelijk gevolgen voor het aantal granulocyten (zie rubriek 4.2).

Très rares Leucopénie, neutropénie, granulocytopénie, thrombocytopénie, pancytopénie, anémie, myélosuppression, agranulocytose, allongement du temps de saignement et allongement du temps de prothrombine.
Bloed- en lymfestelselaandoeningen Zelden Eosinofilie en hemolytische anemie Zeer zelden Leukopenie, neutropenie, granulocytopenie, trombocytopenie, pancytopenie, anemie, beenmergsuppressie, agranulocytose, verlenging van de bloedingstijd en verlenging van de protrombinetijd.

Leucopénie (Neutropénie Grade 3 =19,3% ; Grade 4 = 6%). La myélosuppression est généralement légère à modérée et affecte principalement le nombre de polynucléaires (voir rubrique 4.2)
Leukopenie (neutropenie graad 3 = 19,3%; Graad 4 = 6%) Beenmergdepressie is meestal licht tot matig ernstig en heeft voornamelijk gevolgen voor het aantal granulocyten (zie rubriek 4.2).