un médicament qui abaisse votre taux de cholestérol dans le sang (les fibrates, par exemple le gemfibrozil, le fénofibrate); un médicament qui abaisse les défenses immunitaires du corps (la ciclosporine); un médicament qui traite des infections dues à des bactéries (un antibiotique tel que l’érythromycine et la clarithromycine); un autre médicament qui abaisse votre taux de cholestérol dans le sang (l'acide nicotinique).
een geneesmiddel dat het cholesterolgehalte in het bloed doet dalen (fibraten zoals gemfibrozil, fenofibraat); een geneesmiddel dat de immunitaire verdediging van het lichaam verlaagt (cyclosporine); een geneesmiddel dat infecties veroorzaakt door bacteriën behandelt (een antibioticum zoals erythromycine en clarithromycine); een ander geneesmiddel dat uw cholesterolgehalte in het bloed doet dalen (nicotinezuur).