Vertaling van "récepteurs cholinergiques " (Frans → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

crise cholinergique
cholinerge crisis

parasympatholytiques [anticholinergiques et antimuscariniques] et spasmolytiques parasympathomimétiques [cholinergiques] sympatholytiques [anti-adrénergiques] sympathomimétiques [adrénergiques]
parasympathicolytica [anticholinergica en muscarine-antagonisten] en spasmolytica | parasympathicomimetica [cholinergica] | sympathicolytica [anti-adrenergica] | sympathicomimetica [adrenergica]

Autres parasympathomimétiques [cholinergiques]
overige parasympathicomimetica [cholinergica]

Urticaire cholinergique
cholinergische urticaria

cholinergique |
cholinerg | cholinergisch | met betrekking tot stoffen die voor de prikkeloverdracht zor gen

récepteur | récepteur
receptor | bestanddeel dat gevoelig is voor prikkels

récepteur de système bioénergétique
ontvanger voor bio-energetisch systeem

récepteur radio de système à circuit fermé
radiosysteem met gesloten circuit

hypertension par mutation gain de fonction du récepteur aux minéralocorticoïdes
pseudohyperaldosteronisme type 2

déficience congénitale des récepteurs de l'acétylcholine de la plaque motrice
congenitale eindplaat-acetylcholine-receptor-deficiëntie

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Au cours d’études précliniques, l’olanzapine présentait une affinité pour toute une gamme de récepteurs (Ki ; < 100 nM) : pour les récepteurs sérotoninergiques (5HT 2A/2C , 5HT 3 , 5HT 6 ), pour les récepteurs dopaminergiques (D 1 , D 2 , D 3 , D 4 , D 5 ), pour les récepteurs cholinergiques muscariniques (m 1 -m 5 ), pour les récepteurs α 1 - adrénergiques et pour les récepteurs histaminergiques H.
In preklinische studies vertoonde olanzapine affiniteit (Ki; < 100 nM) voor 5HT 2A/2C -, 5HT 3 - en 5HT 6 -serotoninereceptoren, D 1 -, D 2 -, D 3 -, D 4 - en D 5 -dopaminereceptoren, cholinerge m 1 -m 5 -muscarinereceptoren, alfa 1 -adrenerge en H 1 -histaminereceptoren.

La quétiapine et la N-désalkyl-quétiapine présentent également une affinité élevée pour les récepteurs histaminergiques et a1-adrénergiques, et une affinité plus faible pour les récepteurs a 2 -adrénergiques et les récepteurs sérotoninergiques 5HT 1 A. La quétiapine n'a pas d'affinité appréciable pour les récepteurs cholinergiques muscariniques ou les récepteurs des benzodiazépines.
Quetiapine en N- desalkylquetiapine hebben ook een hoge affiniteit voor histaminerge en adrenerge a1-receptoren en een lagere affiniteit voor adrenerge a 2 - en serotoninerge 5HT 1A -receptoren. Quetiapine heeft geen duidelijke affiniteit voor cholinerge muscarine- en benzodiazepinereceptoren.

In vitro, le zuclopenthixol possède une haute affinité aussi bien pour les récepteurs dopaminergiques D 1 et D 2 que pour les récepteurs α 1 -adrénergiques et les récepteurs 5-HT 2 mais pas d’affinité pour les récepteurs cholinergiques muscariniques.
In vitro heeft zuclopenthixol een hoge affiniteit voor zowel de dopamine D 1 en D 2 receptoren als voor α 1 - adrenoreceptoren en 5-HT 2 receptoren maar geen affiniteit voor cholinerge muscarine receptoren.

L'activité spécifique d’ACCOLATE (zafirlukast) a été démontrée dans des études cliniques en étudiant son effet sur les récepteurs des leucotriènes et son absence d'activité au niveau des récepteurs des prostaglandines, du thromboxane, ainsi que des récepteurs cholinergiques et histaminergiques.
De specifieke werking van ACCOLATE (zafirlukast) werd in klinische studies aangetoond door zijn effect t.h.v. de leukotrieenreceptoren en de afwezigheid van activiteit t.h.v. de prostaglandine-, thromboxaan-, cholinerge- en histaminereceptoren.

La quétiapine et la norquétiapine ont également une haute affinité au niveau des récepteurs histaminergiques et adrénergiques α 1 , avec moins d’affinité au niveau des récepteurs adrénergiques α 2 et sérotoninergiques 5HT 1 A. La quétiapine n’a pas d’affinité appréciable au niveau des récepteurs cholinergiques muscariniques ou benzodiazépine.
Quetiapine en norquetiapine hebben ook een grote affiniteit voor histaminerge en adrenerge α 1 -receptoren, met een lagere affiniteit voor adrenerge α 2 - en serotonine-5HT 1 A- receptoren. Quetiapine heeft geen merkbare affiniteit voor cholinerge muscarine- of benzodiazepinereceptoren.

La quétiapine et la norquétiapine présentent également une forte affinité pour les récepteurs histaminergiques et α 1 - adrénergiques, avec une affinité plus faible pour les récepteurs α 2 -adrénergiques et sérotoninergiques 5HT 1 A. La quétiapine ne présente aucune affinité significative pour les récepteurs cholinergiques ou benzodiazépiniques.
Quetiapine en norquetiapine hebben ook een hoge affiniteit voor histaminerge en voor adrenerge α 1 -receptoren, met een lagere affiniteit voor adrenerge α 2 - en serotonine 5HT 1 A-receptoren. Quetiapine heeft geen merkbare affiniteit voor muscarinereceptoren of voor benzodiazepinereceptoren.

La paroxétine a peu d’affinité pour les récepteurs cholinergiques muscariniques et les études chez l’animal ont démontré que la paroxétine possède des caractéristiques anti-cholinergiques très faibles.
Paroxetine heeft een lage affiniteit voor cholinerge muscarine receptoren en uit dierexperimenteel onderzoek is gebleken dat paroxetine slechts zwakke anti-cholinerge eigenschappen bezit.

La duloxétine (Yentreve®) est un inhibiteur de la recapture de la sérotonine et de la noradrénaline sans affinité significative pour les récepteurs cholinergiques.
Duloxetine (Yentreve®) is een serotonine- en noradrenaline-heropnameremmer zonder duidelijke affiniteit voor de cholinerge receptoren.