Vertaling van "semaines elle était " (Frans → Nederlands) :

La phase A correspondait à une période d’évaluation du rilonacept de 6 semaines. Elle était randomisée et réalisée en double aveugle contre placebo et avait pour but d'évaluer le rilonacept à une dose hebdomadaire de 160 mg après une dose de charge initiale de 320 mg.
Deel A was een 6 weken durende, gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde periode voor het evalueren van rilonacept in een dosis van 160 mg per week na een initiële laaddosis van 320 mg.

La durée médiane jusqu’à échec du traitement chez les répondeurs était de 122 semaines (95%IC 106– 147) alors que pour la population totale de l’étude, elle était de 84 semaines (95%IC 71–109).
Mediane tijd tot therapiefalen in responders was 122 weken (95% BI 106– 147), terwijl dit in de gehele studiepopulatie 84 weken (95% BI 71–109) bedroeg.

Après quatre semaines de thérapie, la réduction médiane des taux de LDL-C était de 38 % et à la semaine 24 (fin de l’étude), elle était de 35 %.
Na vier weken behandeling bedroeg de mediane daling van LDL-C 38% en in week 24 (eindpunt) bedroeg de mediane daling van LDL-C 35%.

La posologie de l’atorvastatine (une fois par jour) était de 10 mg pendant les 4 premières semaines et elle était titrée jusqu’à 20 mg si le taux de LDL-C était > 3,36 mmol/l.
De dosering van atorvastatine (eenmaal per dag) was 10 mg de eerste 4 weken en werd daarna verhoogd tot 20 mg als de LDL-C-spiegel < 3,36 mmol/l was.

La variation moyenne du VEMS (l) entre la Semaine 24 et la valeur initiale était de 0,37 litre pour le groupe ivacaftor et de 0,01 litre pour le groupe placebo dans l’étude 1, elle était de 0,30 litre pour le groupe ivacaftor et de 0,07 litre pour le groupe placebo dans l’étude.
De gemiddelde verandering vanaf baseline tot en met week 24 in FEV 1 (l) was 0,37 l bij de ivacaftorgroep en 0,01 l bij de placebogroep in onderzoek 1 en 0,30 l in de ivacaftorgroep en 0,07 l in de placebogroep in onderzoek.

A la dose de 150 mg une fois par semaine, la concentration de fluconazole dans la couche cornée au jour 7 était de 23,4 μg/g et 7 jours après la seconde dose, elle était encore de 7,1 μg/g.
Bij toediening van 150 mg eenmaal per week bedroeg de concentratie van fluconazol in de hoornlaag op dag 7 23,4 μg/g en zeven dagen na de tweede toediening nog 7,1 μg/g.

La posologie d’atorvastatine (une fois par jour) était de 10 mg pendant les 4 premières semaines ; elle passait ensuite à 20 mg si le taux de LDL-C était > 3,36 mmol/l.
De dosering van atorvastatine (eenmaal per dag) was 10 mg de eerste 4 weken en werd verhoogd tot 20 mg als de LDL-C-spiegel > 3,36 mmol/l was.

Lors d’une étude ouverte, évaluant l’efficacité du MOVICOL en cas de constipation chronique, la fréquence hebdomadaire de la défécation augmentait : elle était de 1,3 au début du traitement et de respectivement 6,7 – 7,2 et 7,1 aux semaines 2, 4 et 12.
In een open studie van MOVICOL bij chronische constipatie, nam de wekelijkse stoelgangfrequentie toe van 1,3 bij aanvang tot 6,7 – 7,2 en 7,1 in respectievelijk week 2, 4 en 12.

Deux heures après l’arrêt de l’administration du prémélange médicamenteux avec l’aliment à raison de 15 mg/kg de poids vif/jour, 2x/jour pendant 4 semaines, la concentration hépatique était de 1,58 g/g et la concentration pulmonaire de 0,23 g/g, les concentrations plasmatiques, quant à elles, étant inférieures au seuil de détection.
Twee uur nadat het gemedicineerd voormengsel, dat 4 weken lang tweemaal daags in een dosis van 15 mg/kg lichaamsgewicht/dag was toegediend, werd gestopt, was de leverconcentratie 1,58 g/g en de longconcentratie 0,23 g/g, terwijl de concentraties in het plasma niet waarneembaar waren.