Si ce n'est pas le cas (par ex. pollution ponctuelle de matières premières, sans multiplication), on doit veiller à ce que la limite supérieure ne soit pas située trop haut au dessus de zéro afin d'obtenir une image réaliste (par ex. fixer une limite supérieure à 5 % signifie effectivement aussi qu'un échantillon sur vingt peut être contaminé sans qu’aucun échantillon ne soit trouvé positif).
Indien dit niet het geval is (bvb puntvervuiling van grondstoffen, waarbij geen vermeerdering optreedt), dient er voor gezorgd te worden dat de bovenlimiet niet te ver boven nul ligt om een realistisch beeld te verkrijgen (bvb een bovengrens op 5% leggen betekent ook effectief dat één op twintig stalen kan besmet zijn zonder dat één positief staal gevonden wordt).