Dans le cas de patients devant subir une ponction lombaire, une anesthésie rachidienne ou épidurale, un délai de minimum 12 heures doit être observé entre l’injection de nadroparine à une dose prophylactique ou de 24 heures entre l’injection de nadroparine à une dose curative et l’introduction ou le retrait du cathéter rachidien/épidural ou de l’aiguille en tenant compte des caractéristiques du produits et du profile du patient.
Indien een patiënt een lumbale punctie, een rachi-anesthesie of epidurale anesthesie moet ondergaan, moet een interval van minimum 12 uur worden gelaten tussen de injectie met nadroparine in een profylactische dosis of van 24 uur tussen de injectie met nadroparine in een curatieve dosis en het inbrengen of uittrekken van de rachi/epidurale katheter of naald, rekening houdend met de productkenmerken en het profiel van de patiënt.