Traduction de «une prise pondérale » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

insuffisance pondérale
ondergewicht

syndrome de camptodactylie, avance staturo, pondérale, dysmorphie
syndroom van Weaver

prise de la pression artérielle
meten van bloeddruk

prise de la température
meten van temperatuur

prise du pouls radial
nemen radiale polsslag

prise de poids anormale
gewichtstoename, abnormaal

surveillance de la prise alimentaire
monitoring van voedselinname

encouragement à la prise de décisions
aanmoedigen bij besluitvorming

écrasement par la prise des membres d'un animal
verpletterd door grijpen door dierlijke ledematen

prise du pouls apical
apicale polsslag nemen

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Prise de poids Les proportions de patients schizophrènes adultes traités par rispéridone et placebo, présentant une prise pondérale ≥ 7 % du poids corporel, ont été comparées dans un ensemble d’études contrôlées par placebo, d’une durée de 6 à 8 semaines, révélant une incidence de prise pondérale statistiquement significativement plus importante avec la rispéridone (18 %) par rapport au placebo (9 %).
Gewichtstoename De percentages van met risperidon of een placebo behandelde volwassen patiënten met schizofrenie die voldeden aan het criterium van gewichtstoename van ≥ 7% van het lichaamsgewicht, werden vergeleken in een pool van placebogecontroleerde studies van 6 tot 8 weken. Er werd een statistisch significant hogere incidentie van gewichtstoename vastgesteld met risperidon (18%) dan met de placebo (9%).

Prise de poids Les proportions de patients schizophrènes adultes traités par rispéridone et un placebo, présentant une prise pondérale ≥ 7 % du poids corporel, ont été comparées dans un ensemble d’études contrôlées par placebo, d’une durée de 6 à 8 semaines, révélant une incidence de prise pondérale statistiquement significativement plus importante avec la rispéridone (18 %) par rapport au placebo (9 %).
Gewichtstoename De percentages van met risperidon of een placebo behandelde volwassen patiënten met schizofrenie die voldeden aan het criterium van gewichtstoename van ≥ 7% van het lichaamsgewicht, werden vergeleken in een pool van placebogecontroleerde studies van 6 tot 8 weken. Er werd een statistisch significant hogere incidentie van gewichtstoename vastgesteld met risperidon (18%) dan met de placebo (9%).

A partir de 12- 16 ans, une prise pondérale de 3 à 5 kg par an se maintient pour les filles, tandis que les garçons prennent approximativement 5 kg par an.
Vanaf de leeftijd van 12-16 jaar neemt het gewicht bij meisjes verder toe met 3 tot 5 kg per jaar en bij jongens met ongeveer 5 kg per jaar.

inhibition de l’axe hypothalamo-hypophyso-surrénalien (HHS). Symptômes cushingoïdes (par exemple : faciès lunaire, obésité centrale), ralentissement de la prise pondérale/retard de croissance chez l’enfant, ostéoporose, glaucome, hyperglycémie/glycosurie, cataracte, hypertension, augmentation du poids/obésité, diminution de la cortisolémie endogène, alopécie, trichorrhexie.
remming van de hypothalamus-hypofyse-bijnieras. cushingoïde symptomen (bijvoorbeeld: vollemaansgezicht, centrale obesitas), tragere gewichtstoename/groeivertraging bij kinderen, osteoporose, glaucoom, hyperglykemie/glucosurie, cataract, hypertensie, gewichtstoename/obesitas, daling van de endogene cortisolspiegel, alopecia, trichorrhexie.

À partir de 12- 16 ans, une prise pondérale de 3 à 5 kg par an se maintient pour les filles, tandis que les garçons prennent approximativement 5 kg par an.
Vanaf de leeftijd van 12-16 jaar neemt het gewicht bij meisjes verder toe met 3 tot 5 kg per jaar en bij jongens met ongeveer 5 kg per jaar.

Dans un ensemble d’études contrôlées par placebo, d’une durée de 3 semaines, conduites chez des adultes souffrant de manie aiguë, l’incidence de prise pondérale ≥ 7 % au moment de l’évaluation était comparable dans les groupes rispéridone (2,5 %) et placebo (2,4 %), et était légèrement plus élevée dans le groupe témoin actif (3,5 %).
In een pool van placebogecontroleerde studies van 3 weken bij volwassen patiënten met acute manie was de incidentie van gewichtstoename van ≥ 7% op het eindpunt vergelijkbaar in de risperidongroep (2,5%) en de placebogroep (2,4%); de incidentie was iets hoger in de actieve-controlegroep (3,5%).

des pathologies liées à la nutrition et leurs prises en charge médicale et diététique (surpoids, obésité, hypercholestérolémie, diabète, hypertension artérielle, insuffisance rénale, dénutrition, troubles du comportement alimentaire, intolérance au gluten, au lactose, allergies alimentaires, insuffisance pondérale, reflux gastro-œsophagien).
ziekten die in verband staan met voeding en hun medische en diëtetische behandeling (overgewicht, obesitas, hypercholesterolemie, diabetes, hoge bloeddruk, nierfalen, ondervoeding, eetstoornissen, gluten- of lactose-intolerantie, voedselallergieën, ondergewicht, gastro-oesofageale reflux, ..).

Des efforts adaptés à chaque individu restent bien sûr importants chez les personnes obèses et celles avec une surcharge pondérale associée à des facteurs de risque. Ils consistent en des mesures diététiques, associés à une activité physique et/ou une thérapie comportementale, et en cas d’échec, éventuellement aussi en la prise de médicaments.
De individueel-gerichte inspanningen bij patiënten met obesitas en bij patiënten met overgewicht geassocieerd aan risicofactoren, blijven natuurlijk belangrijk, en betreffen dieet in combinatie met fysieke inspanning en/of gedragstherapie, en bij falen van deze maatregelen, eventueel ook medicatie.

Depuis la survenue de cas d’immunoglobulines intraveineuses (IVIG) dans lesquels des facteurs de risque ont été identifiés, comme une insuffisance rénale préexistante, du diabète mellitus, de l’hypovolémie, une surcharge pondérale, la prise simultanée de produits médicinaux à toxicité rénale ou à un âge de plus de 65 ans, il existe un risque théorique de lésion rénale chez les patients qui sont traités avec des immunoglobulines anti-hépatite B (HepBIg).
Sinds het optreden van gevallen met intraveneuze immunoglobulinen (IVIG) waarbij de risicofactoren werden geïdentificeerd, zoals preëxistente nierinsufficiëntie, diabetes mellitus, hypovolemie, overgewicht, gelijktijdige niertoxische medicinale producten of een leeftijd ouder dan 65 jaar, bestaat er een theoretisch risico op nierbeschadiging bij patiënten die behandeld worden met antihepatitis B immunoglobulinen (HepBIg).