La puissance antivirale élevée de la brivudine in vitro se reflète dans l’efficacité clinique supérieure observée depuis le début du traitement jusqu’à la dernière éruption vésiculeuse dans les études cliniques comparatives avec l'aciclovir: le temps moyen était réduit de 25% avec la brivudine (13,5 heures) par rapport à
De sterke antivirale werkzaamheid van brivudine in vitro uit zich in de superieure klinische effectiviteit wat betreft tijd tussen het begin van de behandeling en verschijnen van de laatste blaasjes in vergelijkende klinische studies met aciclovir: met brivudine nam de gemiddelde duur met 25% af (13,5 uur) vergeleken met aciclovir (18 uur). Bovendien was de relatieve kans op het ontwikkelen van postherpetische neuralgie (PHN) met brivudine 25% lager (33% van alle patiënten meldde PHN) dan met aciclovir (43% van alle patiënten meldde PHN) bij immunocompetente patiënten ouder dan 50 jaar die voor herpes zoster werden behandeld.