Quelques critères permettent au personnel soignant de distinguer s’il s’agit d’une forme variante (vCJD) ou sporadique (CJD) de la maladie de Creutzfeldt-Jakob : l’âge du patient, la vitesse d’évolution des symptômes et la chronologie d’apparition des symptômes (voir annexes 2 et 3).
Enkele criteria maken het voor de zorgverstrekkers mogelijk te zien of het om een variante (vCJD) of sporadische (CJD) vorm van de ziekte van Creutzfeldt-Jakob gaat: de leeftijd van de patiënt, de evolutiesnelheid van de symptomen en de volgorde waarin de symptomen optreden (zie bijlage 2 en 3).