Au niveau des dents, la présence ou l’absence de plaque dentaire sur les faces dentaires vestibulaires des dents de référence (à savoir les dents 16 (55), 12 (52), 24 (64), 36 (75), 32 (72) et 44 (84)) a été enregistrée selon la méthode de Silness & Löe [Silness et Löe, 1964].
Op tandniveau werd de aan- of afwezigheid van tandplaque op de buccale tandvlakken van referentietanden (met name tanden 16 (55), 12 (52), 24 (64), 36 (75), 32 (72) en 44 (84)) geregistreerd volgens de methode van Silness & Löe [Silness en Löe, 1964].