- le type I, anomalie la plus fréquente, les malades ont une diminution, minime à modérée, du taux plasmatique de facteur de Von Willebrand (FvW), associée, entre autre, à une diminution parallèle de l’antigène FvW, de l’activité du facteur VIII
- type I, de frequentste afwijking; de zieken vertonen een minieme tot gematigde daling van het plasmagehalte van de factor van Von Willebrand (FvW) die onder andere in verband wordt gebracht met een parallelle afname van het antigen FvW van de activiteit van de factor VIII