Traduction de «élévation de l’alanine » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

alanine
alanine

infarctus aigu du myocarde sans élévation du segment ST
acuut myocardinfarct zonder ST-elevatie

syndrome de leucoencéphalopathie avec atteinte du tronc cérébral et de la moelle épinière-élévation des lactates
leuko-encefalopathie met betrokkenheid van hersenstam en ruggenmerg, hoog lactaatgehalte-syndroom

antigène prostatique spécifique plus élevé
prostaatspecifiek antigeen verhoogd

infarctus aigu du myocarde avec élévation du segment ST
acuut myocardinfarct met ST-elevatie

taux de TSH élevé
thyroïdstimulerende hormoonwaarde verhoogd

agression en poussant d'un endroit élevé
aanval door duwen van hoge plaats

tentative de suicide, sauter d'un endroit élevé
zelfmoordpoging door springen van hoge plaats

élévation du taux de créatine-kinase
verhoogde creatine kinase

sangle d’élévation du bras
sling voor verhoging van arm

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Affections hépatobiliaires Très fréquent : Valeurs anormales de la fonction hépatique (élévation de la bilirubine totale, élévation des phosphatases alcalines, élévation de l’aspartate aminotransférase, élévation de l’alanine aminotransférase).
Lever- en galaandoeningen Zeer vaak: Abnormale leverfunctiewaarden (totaal bilirubine verhoogd, alkalische fosfatase verhoogd, aspartaataminotransferase verhoogd, alanine-aminotransferase verhoogd).

Investigations Fréquent : Élévation des taux d’azote uréique sanguin, anomalies de la fonction hépatique Peu fréquent : Allongement du temps de prothrombine, élévation de la créatinine sérique, élévation de l’alanine aminotransférase, élévation de l’aspartate aminotransférase Très rare : Des cas d’hypoglycémie ont été observés, en particulier après l’administration concomitante d’agents antidiabétiques et d’insuline.
Onderzoeken Vaak: verhoogde bloedureumspiegel, abnormale leverfunctietest Soms: verlenging van de protrombinetijd, verhoogd serumcreatinine, verhoogd alanineaminotransferase, verhoogd aspartaataminotransferase Zeer zelden: hypoglykemie werd waargenomen, vooral na concomitante toediening met antidiabetica of insuline.

Les effets indésirables de grade 3 ou 4 rapportés chez 5 % des patients étaient : thrombopénie (25,4 %), anémie (12,3 %), neutropénie (11,5 %), élévation de l’alanine aminotransférase (10,2 %), diarrhée (9,1 %), rash (6,1 %), élévation de la lipase (5,2 %) et élévation de l’aspartate aminotransférase (5,0 %).
De graad 3 of graad 4 geneesmiddelbijwerkingen gemeld voor 5% van de patiënten waren trombocytopenie (25,4%), anemie (12,3%), neutropenie (11,5%), verhoogd alanineaminotransferase (10,2%), diarree (9,1%), huiduitslag (6,1%), verhoogd lipase (5,2%) en verhoogd aspartaataminotransferase (5,0%).

troubles de la fonction hépatique, élévation des phosphatases alcalines, élévation de l’aspartate aminotransférase élévation de l’alanine aminotransférase hépatite, jaunisse, jaunisse choléstatique
leverfunctiestoornissen, stijging van de alkalische fosfatasen, stijging van het aspartaat aminotransferase stijging van het alanine aminotransferase hepatitis, geelzucht, cholestatische geelzucht

Les effets indésirables les plus fréquemment rapportés (> 1/10) sont les suivants : céphalées, douleurs abdominales, diarrhée, nausées, vomissements, élévation de l’alanine aminotransférase, élévation de l’aspartate aminotransférase, élévation de la phosphatase alcaline et éruption cutanée.
De frequentste (> 1/10) bijwerkingen zijn hoofdpijn, buikpijn, diarree, nausea, braken, stijging van alanineaminotransferase, stijging van aspartaataminotransferase, stijging van alkalische fosfatase en huiduitslag.

Les trois anomalies biologiques non hématologiques les plus fréquentes ont été une élévation de l’alanine aminotransférase (26,9 %), une élévation de l’aspartate aminotransférase (19,3 %) et une hypercholestérolémie (16,6 %).
De drie meest voorkomende niet-hematologische geneesmiddelenbijwerkingen waren blauwe plekken (21,3%), duizeligheid (15,0%) en hoofdpijn (13,9%).

Les effets indésirables les plus fréquemment rapportés chez 20 % des patients étaient : diarrhée (78,5 %), nausées (42,1 %), thrombopénie (38,5 %), vomissements (37,1 %), douleur abdominale (33,4 %), rash (32,4 %), anémie (27,4 %), fièvre (23,4 %) et élévation de l’alanine aminotransférase (22,3 %).
De vaakst voorkomende geneesmiddelbijwerkingen gemeld voor 20% van de patiënten waren diarree (78,5%), misselijkheid (42,1%), trombocytopenie (38,5%), braken (37,1%), buikpijn (33,4%), huiduitslag (32,4%), anemie (27,4 %), pyrexie (23,4%) en verhoogd alanineaminotransferase (22,3%).

Comme d’autres anesthésiques halogénés, le sévoflurane peut induire des élévations transitoires de l’aspartate-aminotransférase (AST), de l’alanine-aminotransférase (ALT), de la lactatedéshydrogénase (LDH), de la bilirubine et du nombre de leucocytes.
Verhogingen van voorbijgaande aard van aspartaataminotransferase (AST), alanine-aminotransferase (ALT), lactaatdehydrogenase (LDH), bilirubine en het aantal witte bloedcellen kan zich voordoen bij sevofluraan. Dit is ook mogelijk bij het gebruik van andere gehalogeneerde anesthetica.

Les altérations incluaient une élévation des activités de l’alanine aminotransférase et de la phosphatase alcaline, ainsi que des anomalies histopathologiques (essentiellement une hyperplasie/hypertrophie des cellules sinusoïdales ou des cellules de Kupffer, une hyperplasie des canaux biliaires et une fibrose périportale).
Tot de veranderingen behoorden verhoogd alanineaminotransferase en alkalinefosfatase activiteit en histopathologische bevindingen (met name sinusoïdaal cel- of Kupffercelhyperplasie/hypertrofie, galblaashyperplasie en periportale fibrose).

De rares cas d'élévations concomitantes de l'ALAT (alanine aminotransférase) à > 3 x LSN et de la bilirubine à > 2 x LSN ont également été observés (voir rubrique 4.8).
Zeldzame gevallen van gelijktijdige verhoging van ALT (alanineaminotransferase) groter dan 3 x ULN en bilirubine groter dan 2 x ULN zijn ook waargenomen (zie rubriek 4.8).