Traduction de «‘taux de létalité » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

mouvements fœtaux réduits
verminderde foetale beweging

taux de cholestérol sérique augmenté
serumcholesterol verhoogd

Anomalies des taux d'enzymes sériques
afwijkende enzymspiegels in serum

Augmentation des taux de transaminase et d'acide lactique déshydrogénase
verhoging van transaminase- en lactaat-dehydrogenasespiegel [LDH-spiegel]

taux de testostérone diminué
verminderde testosteronspiegel

taux de TSH élevé
thyroïdstimulerende hormoonwaarde verhoogd

compter les mouvements fœtaux
tellen van foetale bewegingen

kit de simulation de plusieurs paramètres physiologiques fœtaux/maternels
simulatieset voor meerdere foetale en maternale fysiologische parameters

élévation du taux de créatine-kinase
verhoogde creatine kinase

Anomalies des taux de:amylase | lipase [triacylglycerol lipase] | phosphatase:acide | alcaline
afwijkende spiegel van | alkalische fosfatase | afwijkende spiegel van | amylase | afwijkende spiegel van | lipase [triacylglycerol-lipase] | afwijkende spiegel van | zure fosfatase

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

- Les trois indicateurs les plus fréquemment sélectionnés se rapportant à la dimension de la performance clinique sont le ‘taux de césariennes’ (20 %), le ‘taux de létalité intra-hospitalière après admission pour une fracture de hanche’ (14 %) et la ‘létalité hospitalière suite à une admission pour infarctus du myocarde’ (14 %).
- De 3 indicatoren die het frequentst werden geselecteerd voor de dimensie klinische performantie waren ‘het keizersnedencijfer’ (20 %), ‘letaliteit t.g.v. heupfractuur’ (14 %) en de ‘ziekenhuissterfte t.g.v. myocardinfarct’ (14 %).

‘Taux de césariennes’ (20 %), ‘taux de létalité intra-hospitalière après admission pour une fracture de hanche’ (14 %) et ‘létalité hospitalière suite à une admission pour infarctus du myocarde’ (14 %) sont les trois indicateurs les plus fréquemment cités (voir tableau 1).
De drie indicatoren die het frequentst werden gekozen, zijn: het ‘keizersnedencijfer’ (20 %), het ‘intramuraal letaliteitscijfer na opname voor heupfractuur’ (14 %) en de ‘ziekenhuissterfte na opname voor een acuut myocard infarct’ (14 %) (zie tabel 1).

2.3. Taux de létalité intra-hospitalière après une admission pour une fracture de la hanche (n = 40)
2.3. Intramuraal letaliteitscijfer na opname voor heupfractuur (n = 40)

Taux de létalité intra-hospitalière après admission pour insuffisance cardiaque congestive 12 4,26 %
Intramuraal letaliteitscijfer na opname voor 12 4,26 % congestief hartfalen

Taux de létalité intra-hospitalière après admission pour pneumonie 23 8,16 %
Intramuraal letaliteitscijfer na opname 23 8,16 % pneumonie (community-acquired pneumonia)

Taux de létalité intra-hospitalière après 40 14,18 % admission pour une fracture de la hanche
Intramuraal letaliteitscijfer na opname 40 14,18 % voor heupfractuur

Taux de létalité intra-hospitalière après admission pour accident vasculaire cérébral aigu 37 13.12 %
Intramuraal letaliteitscijfer na opname voor 37 13,12 % acute beroerte

maladie émergente, comme par exemple un accroissement du taux de mortalité, de morbidité ou de létalité dans une exploitation, le vétérinaire prend
ziekte, zoals bijvoorbeeld een toename van de mortaliteit-, morbiditeit- en/

Des études de reproduction chez les rats et les lapins avec Flutiform ont confirmé les effets embryo-fœtaux connus des deux composants individuels, y compris retard de croissance fœtale, ossification incomplète, létalité embryonnaire, fente palatine, œdème et modifications squelettiques.
Reproductiestudies met Flutiform in ratten en konijnen bevestigde de bekende embryo-foetale effecten van de twee afzonderlijke componenten waaronder foetale groeiretardatie, onvolledige ossificatie, embryosterfte, gespleten verhemelte, oedeem en skeletafwijkingen.