L
a demande comprend : 1° un exemplaire des statuts s'il s'agit d'une association sans but lucratif ou d'une association internationale sans but lucratif, conformément à la loi du 27 juin 1921 sur les associations sans but lucratif, les associations internationales sans but lucratif et les fondations, modifiée le 2 mai 2002; 2° les noms et adresses, qualifications et expériences dans le domaine de l'adoption, certificat de bonne vie et moeurs, pour les personnes faisant pa
rtie de l'organe de gestion; 3° les noms et adresses, qualifications et expériences
...[+++], copie certifiée conforme des diplômes, certificats de bonne vie et moeurs modèle 2, pour les personnes occupées par le demandeur dans le cadre de la présente demande; 4° une demande pour collaborer à l'adoption interne ou à l'adoption internationale ou aux deux, précisant notamment les collaborations envisagées et, en cas d'adoption internationale, présentant au minimum une collaboration envisagée à l'étranger; 5° un document présentant la manière dont il intervient, telle que visée à l'article 13, 3°, du décret; 6° un document précisant les conditions d'infrastructure et les modalités de fonctionnement visées à l'article 13, 5°, b), du décret et à l'article 14.De aanvraag omvat : 1° een exemplaar van de statuten, als het gaat om een vereniging zonder winstoogmerk of om een internationale vereniging zonder winstoogmerk, overeenkomstig de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen, gewijzigd op
2 mei 2002; 2° de namen en adressen, kwalificaties en ervaringen op het gebied van adoptie, getuigschrift van goed zedelijk gedrag, voor de personen die tot het beheersorgaan behoren; 3° de namen en adressen, kwalificaties en ervaringen, voor eensluidend verklaard afschrift van de diploma's, getuigschriften v
...[+++]an goed zedelijk gedrag model 2, voor de personen die door de aanvrager in het kader van deze aanvraag worden tewerkgesteld; 4° een aanvraag om samen te werken tot de interne adoptie of tot de interlandelijke adoptie of tot beide, waarbij de geplande samenwerkingsverbanden worden vermeld, en, in geval van interlandelijke adoptie, ten minste een geplande samenwerking in het buitenland wordt voorgesteld; 5° een document tot bepaling van zijn werkwijze, zoals bedoeld in artikel 13, 3°, van het decreet; 6° een document tot bepaling van de voorwaarden voor de infrastructuur en de werkwijze bedoeld in artikel 13, 5°, b), van het decreet en in artikel 14.