Traduction de «Action possessoire » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

action possessoire | le possessoire
bezitsactie | bezitsaktie | bezitsrechtelijke vordering | bezitsvordering

action possessoire
bezitsvordering

demandeur au possessoire
eiser in bezitsvordering

consultant-formateur en action sociale | consultant-formateur en action sociale/consultante-formatrice en action sociale | consultant en action sociale/consultante en action sociale | consultante-formatrice en action sociale
consulent maatschappelijk werk | consulente maatschappelijk werk

constitut possessoire
constitutum possessorium

action en justice [ affaire judiciaire | instance judiciaire | recours juridictionnel ]
rechtsingang [ rechtszaak ]

négociateur en actions | négociateur en actions/négociatrice en actions | négociatrice en actions
commissionair | effectenmakelaar | aandelenmakelaar | stock broker

vendeur en actions | vendeur en actions/vendeuse en actions | vendeuse en actions
makelaar beursvloer | observer beurshandel | beurshandelaar | stock trader

action
vordering

action en nullité
vordering tot nietigverklaring

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

La controverse concerne non pas uniquement le champ d'application des articles 1384 et 1386 mais également l'action en revendication, les procédures de reconnaissance et les procédures en négation de servitudes, l'action possessoire, l'action pétitoire, l'action en responsabilité fondée sur l'article 544 pour troubles de voisinage et les actions relatives à la responsabilité décennale.
De controverse bestaat niet alleen over het toepassingsgebied van de artikel 1384 en 1386 maar doet zich ook voor over de vordering in de revindicatie, de erkenningsprocedures en ontkenningsprocedures met betrekking tot de erfdienstbaarheden, de bezitsvordering, de petitoire vordering, de vordering in aansprakelijkheid op grond van artikel 544 wegens burenhinder en de vorderingen in verband met de tienjarige aansprakelijkheid.

« L'article 1370, 1°, du Code judiciaire qui dispose que ' les actions possessoires ne peuvent être admises que sous les conditions suivantes : 1° qu'il s'agisse d'immeubles ou de droits réels immobiliers susceptibles d'être acquis par prescription ', est-il compatible avec les principes d'égalité et de non-discrimination garantis par les articles 10 et 11 de la Constitution en privant les titulaires d'une servitude légale ou conventionnelle de passage de la protection possessoire alors qu'en règle, elle est acquise à tous les titulaires de droits réels immobiliers et que, par ailleurs, la réintégrande est ouverte au simple détenteur d'un immeuble alors qu'il ne peut prescrire; cette exclusion est-elle justifiée eu égard au but et à l'objet de la norme ?
« Is artikel 1370, 1°, van het Gerechtelijk Wetboek, dat bepaalt dat ' bezitsvorderingen [.] slechts [worden] toegelaten onder de volgende voorwaarden : 1° mits het gaat om onroerende goederen of onroerende [zakelijke] rechten die verkregen kunnen worden door verjaring ', bestaanbaar met de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie die zijn gewaarborgd bij de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het de houders van een wettelijke of conventionele erfdienstbaarheid van uitweg bezitsbescherming ontzegt terwijl die in de regel aan alle houders van onroerende zakelijke rechten toekomt en terwijl, overigens, de vordering tot herstel in het bezit openstaat voor de gewone houder van een onroerend goed terwijl hij dat niet door verjaring kan verkrijgen; is die uitsluiting verantwoord in het licht van het doel en het onderwerp van de norm ?

Les questions préjudicielles portent sur l'alinéa 1, 1°, de cette disposition et, plus précisément, sur la condition de recevabilité des actions possessoires tirée du fait que le droit qui fait l'objet de l'action doit être susceptible d'être acquis par prescription.
De prejudiciële vragen hebben betrekking op het eerste lid, 1°, van die bepaling en meer bepaald op de ontvankelijkheidsvoorwaarde van de bezitsvorderingen die is afgeleid uit het feit dat het recht dat het voorwerp uitmaakt van de vordering, moet kunnen worden verkregen door verjaring.

Parmi les actions possessoires, on distingue généralement « la complainte », la « dénonciation de nouvel oeuvre » qui est une variante de la complainte, et « la réintégrande ».
Wat de bezitsvorderingen betreft, wordt over het algemeen een onderscheid gemaakt tussen de « complainte (klachte) », de « aangifte van nieuw werk » die een variant is van de complainte, en de « reïntegranda ».

« Les actions possessoires ne peuvent être admises que sous les conditions suivantes :
« Bezitsvorderingen worden slechts toegelaten onder de volgende voorwaarden :

« L'article 1370, 1°, du Code judiciaire qui dispose que ' les actions possessoires ne peuvent être admises que sous les conditions suivantes : 1° qu'il s'agisse d'immeubles ou de droits réels, immobiliers susceptibles d'être acquis par prescription ', est-il compatible avec les principes d'égalité et de non-discrimination garantis par les articles 10 et 11 de la Constitution en privant les titulaires d'une servitude légale ou conventionnelle de passage de la protection possessoire alors qu'en règle, elle est acquise à tous les titulaires de droits réels immobiliers et que, par ailleurs, la réintégrande est ouverte au simple détenteur d'un immeuble alors qu'il ne peut prescrire; cette exclusion est-elle justifiée eu égard au but et à l'objet de la norme ?
« Is artikel 1370, 1°, van het Gerechtelijk Wetboek, dat bepaalt dat ' bezitsvorderingen [.] slechts [worden] toegelaten onder de volgende voorwaarden : 1° mits het gaat om onroerende goederen of onroerende [zakelijke] rechten die verkregen kunnen worden door verjaring ', bestaanbaar met de beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie die zijn gewaarborgd bij de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het de houders van een wettelijke of conventionele erfdienstbaarheid van uitweg bezitsbescherming ontzegt terwijl die in de regel aan alle houders van onroerende zakelijke rechten toekomt en terwijl, overigens, de vordering tot herstel in het bezit openstaat voor de gewone houder van een onroerend goed terwijl hij dat niet door verjaring kan verkrijgen; is die uitsluiting verantwoord in het licht van het doel en het onderwerp van de norm ?

L'article 270 de la même loi subordonne toutefois à l'autorisation du conseil communal l'exercice du pouvoir que détient le collège d'intenter certaines actions en justice; il s'agit de celles dans lesquelles la commune intervient comme demanderesse, à l'exception cependant des actions en référé, des actions possessoires et des actes conservatoires ou interruptifs de la prescription et de la déchéance.
Artikel 270 van dezelfde wet onderwerpt de uitoefening van de bevoegdheid van het college om bepaalde rechtsgedingen in te stellen echter aan de machtiging van de gemeenteraad; het gaat hier om rechtsgedingen waarbij de gemeente als eiser optreedt, met uitzondering van vorderingen in kortgeding, bezitsvorderingen en handelingen tot bewaring van recht of stuiting van verjaring en van verval.

L'article 270 de la même loi dispose que le collège répond en justice à toute action intentée à la commune et intente les actions en référé et les actions possessoires.
Artikel 270 van dezelfde wet stipuleert dat het college bij elke tegen de gemeente ingestelde rechtsvordering als verweerder optreedt en de vorderingen in kort geding en de bezitsvorderingen instelt.

Cette condition n'est toutefois pas d'application lorsqu'il s'agit d'actions en référé et d'actions possessoires; en effet, le collège des bourgmestre et échevins fait tous actes conservatoires ou interruptifs de la prescription et des déchéances (articles 123, 9° et 270, alinéa 1er). b) Le conseil communal ne peut accorder globalement au collège l'autorisation d'agir en tant que partie demanderesse; en outre, une autorisation est exigée dans chaque stade de la procédure (appel, pourvoi en cassation).
Deze voorwaarde geldt evenwel niet wanneer het gaat om vorderingen in kort geding en bezitsvorderingen; het college van burgemeester en schepenen verricht immers alle handelingen tot bewaring van recht of tot stuiting van verjaring en van verval (artikel 123, 9°, en artikel 270, eerste lid). b) De gemeenteraad kan de machtiging om als eiser op te treden niet globaal verlenen aan het college; daarenboven is een machtiging in iedere stand van het geding (hoger beroep, voorziening in cassatie) vereist.