A la demande écrite de l'administration centrale de l'organisme de paiement, l'administration centrale de l'Office peut décider que ce délai, sera porté à dix jours ouvrables maximum, si des circonstances exceptionnelles en raison de l'organisme de paiement, notamment des jours de pont à la fin ou au début d'un mois, peuvent entraîner, suite au maintien du délai de cinq jours ouvrables, un retard anormal du paiement des allocations.
Op schriftelijk verzoek van het hoofdbestuur van de uitbetalingsinstelling, kan het hoofdbestuur van de Rijksdienst beslissen dat deze termijn, op ten hoogste tien werkdagen wordt gebracht, indien uitzonderlijke omstandigheden in hoofde van de uitbetalingsinstelling, inzonderheid brugdagen op het einde of in het begin van een maand, er toe kunnen leiden dat, door het behoud van de termijn van vijf werkdagen, een abnormale vertraging in de betaling van de uitkeringen kan optreden.