" Art. 38. § 1. Dans les limites des crédits budgétaires disponibles, l'enveloppe annuelle de chaque centre peut être adaptée pour financer les augmentations dues à l'évolution de l'ancienneté pécuniaire de leur personnel d'encadrement, arrêtée à la date du 1 janvier 2008, s'il apparaît, lors du contrôle de l'admissibilité par l'Agence des charges visées à l'article 40, que l'enveloppe relative à l'exercice sur lequel porte le contrôle, a été insuffisante pour couvrir les dépenses nettes de fonctionnement hors charges et produits exceptionnels.
" Art. 38. § 1. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten kan het jaarlijkse krediet van elk centrum aangepast worden om de verhogingen veroorzaakt door de ontwikkeling van de op 1 januari 2008 bepaalde geldelijke anciënniteit van hun begeleidingspersoneel te financieren als het bij de controle van de toelaatbaarheid door het Agentschap van de in artikel 40 bedoelde lasten blijkt dat het krediet betreffende het boekjaar waarop de controle betrekking heeft, onvoldoende is om de nettowerkingsuitgaven met uitzondering van de lasten en buitengewone producten te dekken.