Contrairement à ce qu'affirme la partie demanderesse devant le juge a quo, cette exception ne compromet pas la cohérence de la réglementation en cause, étant donné qu'elle est limitée dans le temps, plus précisément jusqu'à l'âge auquel il est de pratique constante, dans l'entreprise, de maintenir en service, au-delà de l'âge de 65 ans, la catégorie de travailleurs à laquelle appartiennent les délégués du personnel.
In tegenstelling tot wat de eisende partij in het bodemgeschil beweert, brengt die uitzondering de coherentie van de desbetreffende regelgeving niet in het gedrang, nu zij in de tijd beperkt is, namelijk tot de leeftijd waarop de onderneming de gewoonte heeft de categorie van werknemers waartoe de personeelsafgevaardigden behoren, in dienst te houden na het bereiken van de leeftijd van 65 jaar.