a) elle prévoit, aux articles 203, § 2, alinéa 2, 205bis, § 6, 301, § 10 (3) , 353-14, alinéa 2, 475quinquies, aliné
a 3, du Code civil, proposés par les articles 2 à 6 de la proposition, que les personnes titulaires du droit d'
obtenir une pension alimentaire à la charge d'une succession en sont déchus lorsqu'elles se trouvent, à l'égard de la personne dont le décès a ouvert ladite succession, dans l'une des causes d'indignité prévues par l'article 727 nouveau du Code civil, proposé par l'article 7 de la proposition; cette déchéance n
...[+++]'est toutefois pas envisagée à l'égard de tous les crédirentiers, en ce compris ceux qui revendiquent une pension alimentaire à un patrimoine autre que successoral; a) wordt in de artikelen 203, § 2, tweede lid, 205bis, § 6, 301, § 10 (3) , 353-14, tweede lid, en 475quinquies, derde lid, van het Burgerlijk Wetboek, die voorgesteld worden in de artikelen 2 tot 6 van het voorstel, bepaald dat personen die recht hebben op een uitker
ing tot onderhoud ten laste van een nalatenschap, van dat recht vervallen zijn wanneer zij ten aanzien van de persoon wiens overlijden de nalatenschap heeft doen openvallen, beantwoorden aan een van de redenen van onwaardigheid vermeld in het nieuwe artikel 727 van het Burgerlijk Wetboek, voorgesteld in artikel 7 van het voorstel; die vervallenverklaring wordt evenwel niet
...[+++]in het vooruitzicht gesteld voor alle uitkeringsgerechtigden, met inbegrip van degenen die een uitkering tot onderhoud eisen ten laste van een ander vermogen dan de nalatenschap;