Lorsque, conformément à cette disposition, la Belgique a le pouvoir d'imposer des plus-values provenant de l'aliénation, par un résident de la Tunisie, d'actions ou parts d'une société résidente de Belgique, la Belgique exerce ce pouvoir dans les limites prévues par l'article 228, § 2, 9º, h), CIR 92.
Wanneer België overeenkomstig deze bepaling de bevoegdheid heeft om belastingen te heffen van de meerwaarden die voortkomen uit de vervreemding, door een inwoner van Tunesië, van aandelen van een vennootschap die inwoner is van België, oefent België die bevoegdheid uit binnen de grenzen die zijn voorzien in artikel 228, § 2, 9º, h), WIB 92.