Art. 13. § 1 . Lorsqu'il est saisi en vertu de l'article 12, l'organe de concertation dispose d'un délai de quinze jours pour manifester, auprès du comité ministériel, l'intention d'émettre une recommandation ou un avis relatif à l'avant-projet ou à la proposition de décret, au projet d'arrêté réglementaire ou au projet visé à l'article 12, § 3, qui lui est soumis.
Art. 13. § 1. In geval van aanhangigmaking overeenkomstig artikel 12, beschikt het overlegorgaan over een termijn van vijftien dagen om het ministerieel comité op de hoogte te brengen van zijn intentie om een aanbeveling of advies uit te brengen over het aan hem voorgelegde voorontwerp of voorstel van decreet, het ontwerp van reglementair besluit of het ontwerp bedoeld in artikel 12, § 3.