Vu la loi du 24 octobre 2011 assurant un financement pérenne des pensions des membres du personnel nommé à titre définitif des administrations provinciales et locales et des zones de police locale et modifiant la loi du 6 mai 2002
portant création du fonds des pensions de la police intégrée et portant des dispositions particulières en matière de sécurité sociale et contenant diverses dispositio
ns modificatives, l'article 16, alinéa 1, 1); Vu l'avis du Comité de gestion de la sécurité sociale des administrations provinciales et locale
...[+++]s de l'Office des régimes particuliers de sécurité sociale, donné le 14 septembre 2015; Vu l'analyse d'impact de la réglementation réalisée conformément aux articles 6 et 7 de la loi du 15 décembre 2013 portant des dispositions diverses en matière de simplification administrative; Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 1 février 2016 ; Vu l'accord de Notre Ministre du Budget, donné le 19 février 2016 ; Considérant que le taux de cotisation pension de base pour le financement du Fonds de pension solidarisé des administrations provinciales et locales pour les trois prochaines années doit être connu des administrations affiliées au fonds, de sorte qu'en vertu de l'article 16, alinéa 1, 1) de la loi du 24 octobre 2011 précitée le taux de cotisation pension de base pour la troisième année civile, ç.-à.-d. l'année 2018, doit être fixé; Considérant que par notre arrêté du 19 décembre 2014 pris pour les années 2015, 2016 et 2017 en exécution des articles 16, alinéa 1 et 22, § 3, de la loi du 24 octobre 2011 précitée, le taux de cotisation pension de base du Fonds de pension solidarisé des administrations provinciales et locales a été fixé à 41,50 % pour l'année 2017; Considérant que la situation budgétaire du Fonds de pensions solidarisé impose le maintien pour l'année 2018 du même taux de cotisation pension de base que pour l'année 2017; Sur la proposition de Notre Ministre des Affaires sociales, de Notre Ministre de l'Emploi, ...Gelet op de wet van 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot
oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen, artikel 16, eerste lid, 1); Gelet op het advies van het Beheerscomité van de sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke besturen van de Dienst voor de bijzondere socialezekerheidsstelsels, gegeven
...[+++]op 14 september 2015; Gezien de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 februari 2016; Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 19 februari 2016; Overwegende dat de basispensioenbijdragevoet tot financiering van het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen voor de eerstkomende drie jaren gekend moet zijn voor de bij het fonds aangesloten besturen zodat krachtens artikel 16, eerste lid, 1) van voornoemde wet van 24 oktober 2011 de basispensioenbijdragevoet voor het derde volgende kalenderjaar, zijnde het jaar 2018, moet worden vastgesteld; Overwegende dat, bij ons besluit van 19 december 2014 tot uitvoering van de artikelen 16, eerste lid en 22, § 3, van voornoemde wet van 24 oktober 2011 voor de jaren 2015, 2016 en 2017, de basispensioenbijdragevoet van het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen voor het jaar 2017 vastgesteld werd op 41,50 %; Overwegende dat de budgettaire situatie van het Gesolidariseerd Pensioenfonds vereist dat voor het jaar 2018 dezelfde basispensioenbijdragevoet wordt behouden als voor het jaar 2017; Op de voor ...