Il s'ensuit que, en principe, « un juste équilibre doit être trouvé entre l'exigence d'une expansion contrôlée des jeux de hasard autorisés dans le but de rendre l'offre de ceux-ci attractive pour le public et la nécessité de réduire le plus possible la dépendance à de tels jeux des consommateurs » (CJUE, 3 juin 2010, Ladbrokes, précité, point 32).
Hieruit vloeit voort dat in principe « het juiste evenwicht [moet] worden gevonden tussen het vereiste, de vergunde kansspelen op gecontroleerde wijze uit te breiden met het doel het aanbod hiervan aantrekkelijk te maken voor het publiek, en de noodzaak om de verslaving van de consument aan dergelijke spelen zoveel mogelijk te beperken » (HvJ, 3 juni 2010, Ladbrokes, voormeld, punt 32).