La suspension du prononcé d'une condamnation en application de la loi du 29 juin 1964 concernant la suspension, le sursis et la probation constitue une mesure d'individualisation des peines qui permet au juge de mettre l'auteur d'une infraction à l'épreuve pendant un certain temps, à la suite duquel, si son comportement est satisfaisant, aucune condamnation n'est prononcée, ni aucune peine d'emprisonnement subie (Ann., Sénat, 1963-1964, n° 5, séance du 26 novembre 1963, p. 80).
De opschorting van de uitspraak van een veroordeling met toepassing van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie vormt een maatregel van individualisering van straffen die de rechter de mogelijkheid verschaft de dader van een misdrijf op proef te stellen gedurende een bepaalde periode, na afloop waarvan, indien zijn gedrag bevredigend is, geen veroordeling wordt uitgesproken, noch een gevangenisstraf wordt opgelegd (Hand., Senaat, 1963-1964, nr. 5, vergadering van 26 november 1963, p. 80).