3° les bons de caisse, obligations et autres titres bancaires de créance visés à l'article 6, 3°, sont pris en considération en vue d'un remboursement au titre de la protection des dépôts pour autant qu'ils soient nominatifs, dématérialisés ou détenus e
n dépôt à découvert auprès de l'établissement de crédit
émetteur ou, si de tels titres ne peuvent être dématérialisés auprès de l'émetteur ni détenus en dépôt à découvert, auprès de l'institution désignée par l'émetteur qui accepte de fournir au Fonds les données nécessaires pour le calcul de la contribution à payer par l'émett
...[+++]eur conformément à l'article 8, § 1, alinéa 1, 1°, de l'arrêté royal.3° de kasbons, obligaties en andere bancaire schuldvorderingsbewijzen als bedoeld in artikel 6, 3°, worden in aanmerking genomen voor een terugbetaling in het kader van de depositobescherming voor zover ze op naam zijn gesteld, gedematerialiseerd zijn of in open bewaargeving w
orden gehouden bij de uitgevende kredietinstelling of, als dergelijke effecten bij de emittent niet gedematerialiseerd kunnen worden of niet in open bewaargeving kunnen worden gehouden, bij de door de emittent aangestelde instelling die aanvaardt om het Fonds de nodige gegevens te verstrekken voor de berekening van de bijdrage die de emittent moet betalen overeenkom
...[+++]stig artikel 8, § 1, eerste lid, 1°, van het koninklijk besluit.