1.Si la situation financière d'un établissement se détériore de façon significative ou s'il se produit de sérieuses infractions à la loi, à la réglementation ou aux statuts ou de graves irrégularités administratives, et si les autres mesures prises conformément à l'article 23 ne sont pas suffisantes pour mettre un terme à cette détérioration, les États membres veillent à ce que les autorités compétentes puissent nommer un administrateur spécial pour remplacer la direction de l'établissement.
1.Wanneer er zich een significante verslechtering van de financiële positie van een instelling voordoet of wanneer er van ernstige schendingen van wetten, reglementen of verordeningen of van ernstige administratieve onregelmatigheden sprake is, en wanneer andere overeenkomstig artikel 23 genomen maatregelen niet volstaan om die verslechtering te keren, dragen de lidstaten er zorg voor dat de bevoegde autoriteiten een bijzonder bestuurder kunnen aanstellen die het bestuur van de instelling vervangt.