B. considérant que le problème des réfugiés palestiniens doit être résolu conformément aux résolutions de l'ONU et aux principes du droit international, y compris la résolution A/RES/194 (III) de l'ONU, le Statut du Haut-commissaire aux réfugiés (14 décembre 1950), la Convention relative au statut des réfugiés (28 juillet 1951) et son protocole additionnel, la Déclaration universelle des droits de l'homme (1948) et la Quatrième Convention de Genève (12 août 1949);
B. overwegende dat het Palestijns vluchtelingenprobleem moet opgelost worden volgens de VN-resoluties en de principes van het internationaal recht, met inbegrip van VN-resolutie A/RES/194 (III), het Statuut van de VN-Hoge Commissaris voor de vluchtelingen (14 december 1950), de Conventie met betrekking tot het statuut van de vluchtelingen (28 juli 1951) en het bijbehorende protocol, de Universele Verklaring van de rechten van de mens (1948) en de Vierde Conventie van Genève (12 augustus 1949);
