(14) Dans l'intérêt d'une gestion sûre de la circulation aérienne entre les États membres au profit des usagers de l'espace aérien et des passagers, il convient que le régime de certification prévoie un cadre permettant aux États membres de désigner des prestataires de services de la circulation aérienne, indépendamment de l'endroit où ils ont été certifiés.
(14) Ter bevordering van de veilige afwikkeling van het luchtverkeer over de grenzen van de lidstaten heen, ten behoeve van de luchtruimgebruikers en hun passagiers, dient het certificeringsstelsel te voorzien in een kader dat lidstaten in staat stelt om verleners voor luchtverkeersdiensten aan te wijzen, ongeacht waar zij hun certificaat hebben verkregen.