L'article 3, § 1er, de l'arrêté royal du 10 octobre 1979 pris en exécution du Code des impôts sur les revenus en matière de fiscalité immobilière édicte que «Pour chaque commune ou division de commune, il est tenu dans les bureaux de circonscription du cadastre: un tableau des parcelles reprises comme référence en vue de l'évaluation du revenu cadastral des propriétés bâties; » Dans certaines communes, lors de la révision cadastrale de 1975,
l'administration du cadastre a systématiquement négligé de reprendre dans ce tableau les bâtiments affectés aux services (banques, agences immobilières, agences de voyage, etc) alors qu'il en existai
...[+++]t de nombreux sur le territoire de la commune concernée.Artikel 3, § 1, van het koninklijk besluit van 10 oktober 1979 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen op het stuk van onroerende fiscaliteit bepaalt «voor
iedere gemeente of kadastrale afdeling van gemeente worden, in de kantoren van het ambtsgebied van het kadaster, bijgehouden: een tabel van de percelen die als referenties in aanmerking komen voor het schatten van het kadastraal inkomen der gebouwde eigendommen». In sommige gemeenten liet de administratie van het kadaster ten tijde van de kadastrale herziening van 1975 systematisch na de voor de diensten bestemde onroerende goederen (banken, vastgoedagentschappen, r
...[+++]eisagentschappen..) in die tabel op te nemen, al waren er op het grondgebied van de betrokken gemeente veel van die onroerende goederen.