constate que l'objectif de 10 % d'énergie renouvelable à l'horizon 2020 dans le secteur des transports accuse un retard significatif, partiellement en raison des problèmes liés à une stratégie renouvelable reposant sur les biocarburants pour les transports; rappelle que, dans l'Union,
le transport est le seul secteur qui connaît une augmentation des émissions de gaz à effet de serre depuis 1990; souligne que les énergies renouvelables sont essentielles pour parvenir à une mobilité durable; demande aux États membres d'accroître les efforts visant à déployer des mesures pérennes pour le secteur des transports, telles que la réduction de
...[+++] la demande, un transfert vers des modes plus viables, une meilleure efficacité et l'électrification du secteur des transports; invite la Commission à concevoir un cadre pour la promotion de l'usage des véhicules électriques alimentés par une électricité renouvelable et à améliorer le cadre législatif afin qu'il favorise les biocarburants très efficaces du point de vue des gaz à effet de serre, en prenant en considération le changement indirect dans l'affectation des sols au cours de la période postérieure à 2020.merkt op dat we nog ver verwijderd zijn van het bereiken van de doelstelling van 10 % hernieuwbare energie in de vervoerssector tegen 2020, deels ten gevolge van de uitdagingen voor een op biobrandstoffen gebaseerde strategie voor de vervoerssector; wijst erop dat vervoer de enige sector in de EU is waar de emissies van broeikasgassen sinds 1990 zijn gestegen; herinnert eraan dat hernieuwbare energie essentieel is om tot duurzame mobiliteit te komen; verzoekt de lidstaten meer inspanningen te leveren om duurzame maatregelen in de vervoerssector te treffen, zoals vraagreductie, een verschuiving naar duurzamere vervoerswijzen, betere efficiëntie en de elektrificatie van de vervoerssector; verzoekt de Commissie een kader
te ontwik ...[+++]kelen ter bevordering van het gebruik van elektrische voertuigen die worden geladen met hernieuwbare elektriciteit en het wetgevingskader te verbeteren om perspectief te bieden voor biobrandstoffen met een hoge broeikasgas-efficiëntie, waarbij rekening wordt gehouden met veranderingen in indirect grondgebruik (ILUC) in de periode na 2020.