15. souligne qu'un cadre réglementaire efficace devrait tenir dûment compte de l'interaction entre les dispositions de lutte contre la criminalité organisée, la corruption et le blanchiment d'argent et le droit fondamental à la protection des données à caractère personnel, de manière à les contrer sans abaisser les normes établies en matière de protection des données et de droits fondamentaux; se félicite, à ce propos, du système de protection des données en usage à Europol; ainsi que de la proposition de la Commission concernant la quatrième directive antiblanchiment;
15. onderstreept dat een effectief wetgevingskader naar behoren rekening dient te houden met de wisselwerking tussen de bepalingen ter bestrijding van georganiseerde misdaad, corruptie en witwaspraktijken en het grondrecht op bescherming van persoonsgegevens, zodat deze praktijken kunnen worden aangepakt zonder afbreuk te doen aan de gevestigde normen inzake gegevensbescherming en grondrechten; is wat dit betreft ingenomen met het door Europol gebruikte systeem voor gegevensbescherming en met het voorstel van de Commissie inzake de vierde antiwitwasrichtlijn;