En vertu de l'article 11 de la Convention (intitulé « peine capitale »), « si le fait à raison duquel l'extradition est demandée est puni de la peine capitale par la loi de la Partie requérante et que, dans ce cas, cette peine n'est pas prévue par la législation de la Partie requise, ou n'y est généralement pas exécutée, l'extradition pourra n'être accordée qu'à la condition que la Partie requérante donne des assurances, jugées suffisantes par la Partie requise, que la peine capitale ne sera pas exécutée ».
In artikel 11 van het Verdrag (met
als opschrift « doodstraf ») wordt het volgende bepaald : « indien op het feit waarvoor uitlevering wordt verzocht, door de wet van de verzoekende Partij de doodstraf is gesteld en deze straf volgens de wet van de aangezochte Pa
rtij tegen dat feit niet wordt bedreigd of met betrekking tot dat feit door die Partij algemeen niet wordt toegepast, kan de inwilliging van het uitleveringsverzoek afhankelijk worden gesteld van de voorwaarde dat de verzoekende Partij ter beoordeling van de aangezochte Partij
...[+++] genoegzame waarborgen biedt dat de doodstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd ».