L'article 3 de cette même loi, recourant aux facultés prévues à l'article 13, paragraphe 1, de la directive 95/46/CE, prévoit diverses exceptions aux obligations de l'article 9, en particulier en ce qui concerne : les trait
ements de données à caractère personnel gérés par la Sûreté de l'Etat, par le Service général du renseignement et de la sécurité des forces armées et par diverses autres autorités lorsque ces traitements sont nécessaires à l'exercice de leurs missions ( § 4); les trait
ements de données à caractère personnel ...[+++] gérés par des autorités publiques en vue de l'exercice de leurs missions de police judiciaire; les trait
ements de données à caractère personnel gérés par les services de police en vue de l'exercice de leurs missions de police administrative; les traitements de données à caractère
personnel gérés en vue de l'exercice de leurs missions de police administrative, par d'autres autorités publiques qui on
t été désignées par arrêté royal délibéré en Conseil des ministres, après avis de la Commission de la protection de la vie privée; les traitements de données à caractère
personnel rendus nécessaires par la loi du 11 janvier 1993 « relative à la prévention de l'utilisation du système financier aux fins du blanchiment de capitaux et du financement du terrorisme » et le traitement de données à caractère
personnel géré par le Comité permanent de contrôle des services de police et par son Service d'enquêtes en vue de l'exercice de leurs missions légales ( § 5); et certains traitements gérés par le Centre européen pour enfants disparus et sexuellement exploités ( § 6).
Artikel 3 van dezelfde wet voorziet, gebruikmakend van de mogelijkheden bepaald in artikel 13, lid 1, van de richtlijn 95/46/EG, in diverse uitzonderingen op de voorschriften van artikel 9, inzonderheid voor wat betreft : de verwerkingen van persoonsgegevens door de Veiligheid van de Staat, door de Algemene Dienst inlichting en veiligheid van de Krijgsmacht en diverse andere overheden indien die verwerkingen noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun opdrachten ( § 4); de verwerkingen van persoonsgegevens beheerd door openbare overheden met het oog op de uitoefening van hun opdrachten van gerechtelijke politie; de verwerkingen van persoonsgegevens beheerd door de politiediensten met het oog op de uitoefening van hun opdrachten van best
...[+++]uurlijke politie; de verwerkingen van persoonsgegevens beheerd, met het oog op de uitoefening van hun opdrachten van bestuurlijke politie, door andere openbare overheden die aangewezen zijn bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; de verwerkingen van persoonsgegevens die noodzakelijk zijn geworden ten gevolge van de toepassing van de wet van 11 januari 1993 « tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme » en de verwerking van persoonsgegevens beheerd door het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten en de Dienst Enquêtes ervan met het oog op de uitoefening van hun wettelijke opdrachten ( § 5); en bepaalde verwerkingen beheerd door het Europees Centrum voor vermiste en seksueel uitgebuite kinderen ( § 6).